15 januari 2020

Klavertje vijf (3)


Voor ons klavertje vijf koos ik voor deze vijf songs:
  1. I turn my camera on - Spoon: voor mij is Gimme fiction nog steeds het beste album dat Spoon ooit maakte en het is zo'n album dat bij elke beluistering zelfs nog beter lijkt te worden. Toch zijn zowel de band als de plaat het grote publiek voorbijgescheerd als een minuscule komeet in het midden van een zwaarbewolkte nacht. Ik koos voor wellicht zelfs het beste nummer erop
  2. Ode to Billy Joe - Mercury Rev with Lucinda Williams: op Bobby Gentry's 'The Delta sweete' revisited neemt Mercury Rev met hulp van allerlei gastvocalisten de prachtplaat van Gentry onder handen. Ode to Billy Joe ken ik intussen al in diverse versies maar dit blijft toch wel de allermooiste
  3. Misery - Soul Asylum: na het succes van Grave dancers union (met Runaway train en Somebody to shove) kwam de band uit Minneapolis met Let you dim light shine op de proppen, een plaat die de sterrenstatus bijlange niet kon evenaren maar waarop wel dit pareltje, uitgebracht als single, staat. "They say misery loves company / We could start a company and make misery", zingt frontman Dave Pirner, met zo'n mooie zachte stem dat je bijna zwelgt in zíjn verdriet
  4. I was in the house when the house burned down - Warren Zevon: de Amerikaan wist in zijn nummers scherp en satirisch het leven in zijn tijd vast te leggen en het benieuwt me soms wel eens welke songs hij zou schrijven in het huidig tijdperk van Trump, sociale media en electrische auto's. Helaas moeten we het doen met songs over de laatste decennia van de vorige eeuw
  5. The pocket knife - PJ Harvey: op Uh huh her, haar debuutalbum, laat de Engelse zangeres horen dat zij perfect het gevoel weet te vangen van voortijdige volwassenheid en het verzet van jonge mensen ertegen. Futiel verzet, zo voel je als luisteraar, maar niettemin verzet vormt de drijvende kracht achter deze song
Geniet hieronder van de playlist met de vijf songs:

Geen opmerkingen: