19 februari 2012

Peter Broderick


Lap! In geen tijd wordt dit vast een nieuwe trend, een hype zelfs: een url als albumtitel. Peter Broderick, een muzikale duizendpoot die zich vaak ophoudt in de buurt van Nils Frahm (die trouwens de producer is van deze plaat), heeft enkele jaren na zijn vorige gezongen album nog eens een vocale staalkaart van zijn kunnen afgeleverd. Tussendoor hield hij ons meer dan zoet met haast ontelbare releases met instrumentale muziek, niet zelden horend bij films en documentaires waar we overigens nog nooit van gehoord hebben.

Op zijn website legt de man uit waarom hij gekozen heeft voor dit vernieuwende idee. Aanleiding was zijn eigen ongenoegen en dat van mensen rondom hem bij muziek die beschikbaar is via (vaak niet-legale) downloads. Immers, je moet dan vaak het artwork en de lyrics missen, en daar wou hij iets aan doen. Want mensen die zijn muziek downloaden, zo meent hij, kopen soms uiteindelijk toch de cd, of komen naar een concert, en kopen ze daar dan bij de merchandise-stand. Met een albumtitel die telkens je hem intypt meteen een snelkoppeling wordt, raak je meteen op een website waar dat alles wél beschikbaar is.

Nog geen noot muziek gehoord, en opgemerkt is dit album (http://www.itstartshear.com) in ieder geval al. Maar hoe zit het nu met die muziek? Is die alle (relatieve) heisa waard? Wie de muziek van Peter Broderick wil situeren, komt onvermijdelijk bij Duyster uit, het radioprogramma van Studio Brussel dat haast synoniem geworden is met een muziekgenre (in werkelijkheid natuurlijk meerdere genres). Zijn muziek past immers ook wanneer hij erbij zingt perfect in dat plaatje, en dus kunnen ook wij er niet omheen.

Het is pas vanaf de laatste minuut van opener I am piano dat er gezongen wordt. Vooral de piano (uiteraard) dicteerde tot dan de sfeer van het album, en de stem van Broderick voegt zacht in, bruskeert de gezette toon niet. In A tribute to our letter writing days worden herinneringen opgehaald aan een romantische correspondentie, die niet verder raakte dan 7 brieven. De collectie wordt op de schoot, eenzaam in een schommelstoel bij het haardvuur, gekoesterd. Het is het soort nostalgie dat bij Broderick wel vaker doorschemert, en ook op dit album voortdurend de kop opsteekt. Blue blijkt een nummer dat zijn vader ooit op 19-jarige leeftijd schreef, en dat hij op een oude cassette ontdekte. Jawel, cassettes en brieven: wie het zich vandaag herinnert als gisteren, is intussen al voorgoed de jeugd voorbij.

En dan is er de opgemerkte titelsong, die verrassend modern klinkt en waarover parlando lyrics liefdesmijmeringen uitspreiden die een gekwelde en filosofische geest verraden. Meer dan acht minuten lang is Asleep daarna een passend en ingetogen eerbetoon aan een verongelukte vriend, waarvoor de tekst het resultaat is van een internetconversatie waarbij iedereen uitgenodigd werd zijn bijdrage te leveren. Na een eveneens ingetogen Colin schakelt Broderick over op het Duits in Words, met een sober arrangement.

With the notes on fire klinkt wat meer uptempo en daardoor vanzelf lichtvoetiger. Het is een best grappig lied, want de lyrics worden vervangen door een steeds herhaald lalalala, wat door de titel overigens volledig verklaard wordt. Trespassing, over een doodgereden vogeltje (we maken géén grapje) dompelt ons echter algauw weer onder in een palet van grijstinten, waar gelukkig in afsluitend nummer Everything I know nog enkele toetsen wit aan toegevoegd worden.

Al bij al schonk Broderick ons een gevarieerd en evenwichtig album voor liefhebbers van singer-songwriters die zich inpassen in de traditie van melancholie en herfst- en winterliederen. En zo wordt het internetproject voorzien van een passende soundtrack.

Peter Broderick live zien kan op 23 en 24 februari op de Slaapwel Records Labelnight in het Cultuurcentrum te Mechelen.

Je vindt deze recensie ook hier op Indiestyle.

Geen opmerkingen: