04 maart 2024

Tien voetbalhelden uit mijn kindertijd

Ik heb altijd van voetbal gehouden en vandaag wil ik even stilstaan bij de voetbalhelden uit mijn kinderjaren. Ik selecteerde er tien en vertel waarom ze me mijn hele leven zullen bijblijven en waar mogelijk, wat er intussen van hen geworden is.

1. Luc Criel:


We beginnen dicht bij huis. Mijn grootouders aan moederszijde woonden hun hele leven in Beervelde. De AA Gent-speler (uiteraard was ik van kindsbeen fan van de Buffalo's) was ook van daar afkomstig. Zijn ouders (en later hijzelf) hadden er een café midden in het dorp, niet ver van de kerk en ik denk zelfs dat dat café ook dienst deed als duivenlokaal waar mijn grootvader zijn duiven binnenbracht voor de wedstrijden. In die tijd was het schering en inslag dat voetballers na hun carrière (of zelfs al tijdens) café hielden, zoals ook een andere Gent-speler, de razendsnelle flankspeler André Raes die naar mijn vader toen vertelde er één had nabij het station van Gent. Elf seizoenen lang speelde Criel voor AA Gent en hij was voor mij het voorbeeld van de haalbaarheid van de droom om voetballer te worden: een jongen uit het Beervelde dat me zo bekend was, die in eerste klasse speelde!
Luc Criel stierf in 2018.

2. Dino Zoff:


Mijn absolute grote held was deze Italiaanse doelman die de reden zou vormen waarom ik zo graag keeper wilde zijn. Hij zou in 1982 de oudste speler zijn die ooit wereldkampioen werd, met Italië, in Spanje. Hij was niet alleen de nationale doelman, ook bij Juventus kende hij grote successen met 6 landstitels, 2 keer bekerwinst en 1 UEFA-cup (en enkele Europese finales). Hij was echt wel de beste keeper van zijn generatie, zelfs nog op late leeftijd, en ik speelde bij het voetballen met mijn broer zijn reddingen na. Keeper ben ik nooit echt geworden (ik was reservekeeper bij Racing Gentbrugge waar ik een jaar speelde maar stond geen enkele wedstrijd in de goal, ik mocht wel enkele keren mee verdedigen).
Ook als trainer kende hij succes. In 2000 haalde (en verloor) hij als bondscoach de finale tegen Frankrijk en met Juventus behaalde hij een dubbel met bekerwinst in de Coppa Italia en de UEFA Cup. Hij zou dat kunstje op een haar na herhalen met Lazio Roma.
In 2005 was hij voor het laatst trainer, bij Fiorentina. Hij schreef ook een autobiografie (Dura solo un attimo, la gloria - Glorie duurt slechts een moment).


Misschien moet ik toch eens zoeken of ik niet ergens een exemplaar op de kop kan tikken.

3. Paolo Rossi:


Deze Italiaan was zelfs door mijn moeder, die maar sporadisch meekeek als er voetbal op tv was, geliefd. Hij zag er dan ook uit als een klassieke Romeinse god (toch minstens in haar ogen). Bovendien was hij een uitstekende voetballer die ook al wereldkampioen werd met Italië (net als zijn doelman) en hij was toen zelfs topscorer met zes doelpunten. Na successen met Vicenza, met wie hij van Serie B naar Serie promoveerde als topschutter om die titel ook het jaar erop op te eisen in de Italiaanse eerste klasse. Daarna deelde hij ook in bovengenoemde successen van Juventus. 
Spitsen zijn natuurlijk de supersterren van het voetbal omdat zij voor de doelpunten zorgen en aangezien hij daar bijzonder goed in was, viel hij in die jaren heel erg op. Ik had dankzij Zoff al een boontje voor Italië en voor Juventus en dat werd door hem alleen maar versterkt.
Na zijn voetbalcarrière heeft hij nog bij enkele tv-zenders gewerkt en hij stierf in 2020 aan longkanker. Opmerkelijk detail is dat er tijdens zijn begrafenis, bijgewoond door duizenden fans, ingebroken werd in zijn huis.

4. Bruce Grobbelaar:


In mijn herinnering was deze legendarische doelman van Liverpool een Zuidafrikaan maar hij blijkt de Zimbabwaanse nationaliteit te hebben (al werd hij wel in het Zuidafrikaanse Durban geboren). Maar liefst dertien seizoenen lang verdedigde hij het Liverpoolse doel, met groot succes en soms ook met legendarische flaters die hem bij ons de bijnaam "Grabbelaar" opleverden. Als kind dacht ik dat dat ook in Engeland zijn bijnaam was maar dat lijkt me straf gezien het toch wel een typische nederlandstalige woordspeling is. 
Deze besnorde doelman kende eigenlijk enkel aan de Mersey succes maar wel met zes titels, 3 FA Cup overwinningen en een Europese bekerwinst, in 1985. Daarna speelde hij nog bijna meerdere clubs, in steeds lagere divisies en hij werd ook nog een paar keeperstrainer. Hij is te horen op een singletje dat de Liverpoolspelers opnamen voor de FA Cup Final van 1988 en hij speelde ook een gastrolletje (als zichzelf) in een tv-soap op Channel 4 in 1994. Wat hij momenteel doet, kan ik niet terugvinden.
Ik herinner me hem vooral van de vele keren dat we naar de FA Cup Final keken. Het was een vast ritueel om elk jaar de Engelse bekerfinale vanuit Wembley, live op de Belgische tv, te bekijken want er was in mijn kindertijd geen enkele wedstrijd met diezelfde aantrekkingskracht dankzij  het ceremoniële karakter van de match (met koninklijke aanwezigheid vaak, zij het niet altijd van Queen Elizabeth zelf) en de spanning en het belang van het treffen. Natuurlijk kon hij voor mij niet tippen aan Dino Zoff maar hij moet zowat de enige doelman geweest zijn toen die toch enigszins in de buurt kwam.

5. Kevin Keegan:

Hij wordt nog steeds beschouwd als één van de beste voetballers ooit en ook als coach was hij (vaak) succesvol en geliefd. Hij speelde net als oud-voetballer en huidig BBC-voetbalanalist Alan Shearer nog bij Newcastle maar dat was pas op het einde van zijn actieve spelerscarrière. Zijn grootste successen (titels in Engeland en Duitsland, Europees succes) behaalde hij voordien al met het onvermijdelijke Liverpool en Hamburg SV. Als coach ging hij aan de slag bij Newcastle, Fulham, de Engelse nationale ploeg, Manchester City en nogmaals Newcastle.
Met zijn krullebol (als speler) en zijn wit haar (als trainer) was hij een opmerkelijke verschijning, al zullen het toch vooral zijn dribbels geweest zijn die me als kind zo aanspraken.
Hij was één van de belangrijkste criticastes van een vorige Newcastle clubeigenaar en dat was één van de redenen waarom hij niet meer terugkeerde als trainer bij die club zo'n tien jaar geleden. Wat hij momenteel doet, is me onbekend. Grappig is wel dat hij enkele plaatjes heeft uitgebracht, onder andere een song geschreven door de zanger van Smokie (hier vooral bekend van Living next door to Alice).


6. Sócrates:

 
De Braziliaan viel me als kind alleen al op door zijn naam (ik wist toen nog niet dat Braziliaanse spelers soms de vreemdste namen hebben of aannemen, zoals Hulk, Káká, Fred, Pepe, Tita -niet de tovenaar- en Jefferson). Ik wist dat Socrates een Griekse filosoof was en ik moet bij het horen van zijn naam nog steeds denken aan de sketch van Monthy Python waarin twee teams van wijsgeren elkaar bekampen op een voetbalveld.
Hij was kapitein van het nationaal elftal met onder meer Zico (nog zo'n held van me toen) op de Wereldbeker van 1982 in wat nog steeds één van de beste Braziliaanse elftallen beschouwd wordt, al overleefden ze de tweede ronde niet. Ik kende hem enkel van het landenvoetbal want hij speelde, op één seizoen bij Fiorentina na, zijn  hele carrière in zijn thuisland. Met zijn baard en haarband was hij bovendien een opmerkelijke verschijning, dat zal me als kind ook wel opgevallen zijn. Hij lijkt zelfs een beetje op de tennislegende Bjorn Borg, ook al uit mijn kindertijd.
Met zijn medische opleiding en politiek engagement was hij ook buiten het voetbal een markante figuur. Hij stierf jammer genoeg na meerdere medische problemen in 2011.

7. Michel Platini:


Nu geldt Frankrijk opnieuw als een topland in het internationaal voetbal maar dat was lange tijd niet meer zo, in de periode die zou volgen op hun  Europese titel in 1984 en eindigde met een wereldtitel in 1998 en een nieuwe Europese titel in 2000. Eén van de iconen van die ploeg uit 1984 was Michel Platini. Hij werd topscorere met negen van de 14 Franse doelpunten op het tornooi. Als kapitein was hij vooral bekend om zijn vrije trappen. Als kind wou ik ze maar al te graag ook zo kunnen trappen.
Hij won de Franse titel met Saint-Etienne en meerdere prijzen met Juventus.
Hij is overigens de enige speler die ooit voor twee nationale teams speelde, want op vraag van de emir heeft hij ooit een officiële (vriendschappelijke) match tegen de Sovietunie gespeeld voor Koeweit.
Even was hij bondscoach van Frankrijk, succesvol in de kwalificatieronde voor het Europees Kampioenschap van 1992 maar hij verloor daarna in de voorbereidingswedstrijden en Frankrijk overleefde de eerste rond niet. Hij zou nadien vooral bekend worden om zijn functies binnen de UEFA (onder andere voorzitter) en de FIFA waar hij als vertrouweling van Blatter hem wou opvolgen tot ook hij achtervolgd door de corruptieschandalen de handdoek in de ring moest gooien. Het is jammer dat die periodes een smet vormen op het blazoen van een speler die indruk maakte op het kind dat ik eind jaren zeventig, begin jaren tachtig was.
Sinds zijn defenestratie leeft hij een onopgemerkt leven, althans voor ons. 

8. Karl-Heinz Rummenigge:


Iedereen kent wel die bekende zegswijze "voetbal is een spelletje gespeeld met 2 keer elf spelers gedurende 90 minuten en op het einde winnen de Duitsers". Het mag dus geen wonder heten dat er ook een Duitse speler in dit lijstje verschijnt. Rummenigge is dan ook niet zomaar een speler. Natuurlijk is de bekendste Duitse speler Beckenbauer maar diens spelerssuccessen kwamen toch net iets te vroeg om daar zelf herinneringen aan te hebben. Rummenigge daarentegen kende zijn gloriejaren bij Bayern Munchen  en het Duits nationaal elftal eind jaren zeventig en begin jaren tachtig, toen ik dus in het lager zat. Bij zijn club won hij twee Duitse titels en twee Duitse bekers en hij won ook 2 Europa Cups en één Intercontinentale Cup. Met het nationaal elftal won hij het EK van 1980 en werd tweede op het WK van 1982 en van 1986. Hij was dan ook een op meerdere posities inzetbare aanvaller die mee het succes van het Duitse voetbal belichaamde.
Bij Bayern Munchen zou hij nog belangrijke bestuursposities innemen, onder meer aan de zijde van Beckenbauer, tot hij in 2021 door Oliver Kahn (voormalig Bayern-doelman) opgevolgd zou worden als CEO. Hij had toen de verhuis van de club naar de prachtige Allianz Arena gerealiseerd. Momenteel bekleedt hij nog steeds een belangrijke Europese bestuursfunctie binnen het voetbal.
In 1983 bracht het Britse popduo Alan & Denise een ode aan de "sexy knieën" van Rummenigge in een naar de speler vernoemde single, die je hieronder kan beluisteren.

9. Gregorz Lato:


Met de Pool Gregor (of Gregorz) Lato keren we even terug naar de Belgische competitie want hij maakte deel uit van het topteam van KSC Lokeren met verder ook nog Lubanski, Raymond Mommens, Réné Verheyen, Preben Elkjaer en Arnor Gudjonson, dat in het seizoen 1980-1981 zowel tweede zou worden in de competitie als verliezend bekerfinalist. Die passage in ons land was overigens in de nadagen van zijn spelerscarrière.
Mijn nonkel woonde toen in Laarne of Kalken en hoewel zijn twee jongste kinderen (een nicht en een neef van mij dus) net als hij supporterden voor AA Gent, was mijn oudste nicht fervent aanhanger van Lokeren. Die rivaliteit kleurde mijn kindertijd (en bracht me ook vele keren naar het stadion van Daknam voor de uitwedstrijd van Gent bij de gouwgenoot). AA Gent was toen net terug naar eerste gepromoveerd en zou in 1984 de bekerfinale winnen van Standard (ik was daarbij in de tribune!) maar tijdens die gouden jaren voor Lokeren waren de Waaslanders duidelijk de betere. De namen van meerdere spelers uit dat elftal (die ik hierboven vernoemde) klinken ook vandaag nog steeds als klokken.
Lato had ten tijde van zijn passage in Lokeren al een mooie internationale carrière achter de rug die zou eindigen met een mooie derde plaats voor Polen op het WK van 1982. In 1974 was hij topscorer geworden op het WK, de enige Pool die daarin slaagde (en daarin verslaat hij dus Lewandowski). Hij werd later nog trainer, politicus begin van deze eeuw voor een linkse partij en bondsvoorzitter van Polen van 2008 tot 2012. In  die periode vond het EK van 2012 plaats dat zijn land organiseerde samen met Oekraïne. Ik heb geen idee wat hij sindsdien deed of doet maar hij leeft dus wel nog.

10. Kenny Dalglish:


Wat Kevin Keegan in mijn kindertijd was voor Engeland, was Kenny Dalglish voor Schotland. Ook hij speelde voor Liverpool, toen toch wel echt de beste Engelse club, na al eerder enkele mooie jaren bij Celtic Glasgow (maar toen was ik eigenlijk nog te klein om daar herinneringen aan te hebben). Als aanvaller won hij met Liverpool zes titels, één  FA Cup Final en drie Europese Cups. Met Schotland heeft hij overigens ook drie keer het tornooi gewonnen tussen de vier Britse landenelftallen (Engeland, Wales, Noord-Ierland en Schotland). Als trainer heeft hij eveneens een mooi palmares bij Liverpool (3 titels, 2 FA Cups en 1 keer verliezend finalist van de FA Cup), Blackburn Rovers (1 titel) en Celtic (1 keer de tweede bekercompetitie van het land gewonnen). Hij werd in 2018 geridderd. Sinds 2017 heeft hij op Liverpool een tribune die naar hem vernoemd is. Hij won de BBC Lifetime Achievement Award op de verkiezing van de sportpersoonlijkheid van het jaar in 2023.  

Geen opmerkingen: