21 maart 2024

Retro review: Lou Reed


Ik heb, meen ik, een wat ambigue relatie met Lou Reed. Veel van zijn werk bij Velvet Underground hoor ik oprecht graag. Zijn solo-werk leerde ik ooit kennen door het prachtige album New York, waaruit ze Romeo had Juliet en Dirty Blvd. vaak toonden op MTV toen dat nog écht een muziekzender was. Ik luister nog regelmatig naar Songs for Drella, de plaat die hij samen met John Cale maakte als eerbetoon aan Andy Warhol, en ook Magic and loss, het album dat hij maakte nadat verschillende mensen in zijn omgeving gestorven waren, vind ik mooi (maar dat krijgt hier al beduidend minder draaibeurten). Andere platen van hem vind ik maar niks en ik kocht ooit de verzamelbox Between thought and expression: the Lou Reed anthology en die vind ik zo wisselend dat ik echt wel in de stemming moet zijn om die tot mij te nemen.
Mijn keuze om voor deze retro review dan ook eens terug te grijpen naar een andere plaat van de New Yorker is dan wellicht ook verrassend. Aangenaam verrast was ik ook bij beluistering ervan: de acht nummers die het telt, weten me allemaal te bekoren.
Net als bij Bob Dylan en Neil Young geldt dat je zijn stem moet kunnen verdragen of je haakt meteen af. Hij klinkt vaak als een oude brombeer, zij het op een andere manier dan Van Morrisson (met wie het allemaal ongecompliceerder ligt voor mij: ik heb weinig met die man). Coney Island baby is één van zijn vele platen die diepgeworteld zijn in zijn New Yorkse leefomgeving. Coney Island is dan ook een schiereiland dat deel uitmaakt van Brooklyn. Het staat bekend als een plek waar men naartoe gaat voor entertainment en kende op dat vlak zijn hoogtepunt in de eerste helft van de twintigste eeuw. Net daarom is het een locatie die tot de verbeelding spreekt en die ook een donkere kant herbergt, zeker in de jaren zeventig toen deze plaat uitkwam en de buurt niet meteen zijn beste tijden kende. Dat trekt het soort mensen aan waar Lou Reed wel vaker over zingt: mensen aan de rand van de maatschappij, sekswerkers (van beide seksen), drugverslaafden,...
Toch klinkt deze plaat allerminst pessimistisch. Een song als Ooohhh baby klinkt naar Reeds normen zelfs vrolijk. Hij was toen samen met zijn muze, Rachel Humphreys, een transgender vrouw die op zijn tour meeging als kapster en tourmanager in het midden van de jaren zeventig. Coney Island baby wordt beschouwd als zijn meest romantische plaat.
Ik hou wel van de relaxte sfeer van Nobody's business, de mooie opener Crazy feeling en She's my best friend dat al eerder opgenomen was met Velvet Underground en op het compilatie-album van de band, VU, uitkwam. Kicks weet de zaterdagavonddrukte van een uitgaangskwartier te vatten door de geluiden op de achtergrond en de plotse volumewisselingen. De afsluiter, tevens titelsong, is een romantisch nummer zoals ik dat eigenlijk nooit zou verwacht hebben van Reed.
Er zijn Lou Reed-platen die ik liever mijd maar deze Coney Island baby heb ik duidelijk onterecht al te vaak links laten liggen.

Je kan het volledige album hieronder beluisteren:

Geen opmerkingen: