29 september 2013

Interview Matt Watts

When scrolling down, you'll find a version of this interview in English.


Een tijd geleden intussen al interviewden we Matt Watts. De plaat Wayward wind die hij met The Calicos maakte, vind ik nog steeds één van de topplaten van dit jaar. Hier kan je uitgebreider lezen wat ik ervan vond.

Kan je jezelf eerst eens voorstellen, als muzikant?

Ik ben geboren in Philadelphia, een grote stad aan de Oostkust, maar heb zowat overal in de VS gewoond, door de job van mijn vader. Mijn familie kwam oorspronkelijk uit het zuidoosten. Mijn vader was een predikant, die als kapelaan bij het leger ging. Toen ik 15 jaar was, verhuisden we naar Montana. Daar begon ik in allerlei bands te spelen en ik liet mijn zelfgeschreven songs horen aan kleine schares luisteraars in kleine stadjes. Tussen mijn 15e en 18e verjaardag nam ik 3 platen op. Het eerste album maakte ik alleen, het tweede met een band. Mijn derde album was het resultaat van een 4 uur durende opnamesessie na de repetitie van de groep van een vriend.
Het eerste wat ik deed toen ik in België kwam wonen, was een paar microfoons kopen. Vermits ik hier niemand kende, nam ik een EP op en zette liedjes op het internet. Het leverde me een telefoontje op van een man van de Antwerpse club Trix, die me uitnodigde te komen spelen op TrixTrax. Zo begon het hier voor mijin 2008. Het resulteerde in nog meer concerten en ik begon andere artiesten hier te ontmoeten.
Tegen eind 2009 had ik een solo album opgenomen. Het was Jan Verstraeten (van Charlie Jones' Big Band) die vond dat ik de liedjes die ik gemaakt had, moest uitbrengen. Hij ontwierp ook de cover voor de plaat (én een tattoo!). In september 2011 begon ik Wayward wind op te nemen, wat uitendelijk het vreemdste zou blijken te worden dat ik ooit deed.

Hoezo?

Vooral door de manier waarop de plaat ontstond: het begon allemaal met concerten die ik speelde met bassist Guido Op De Beeck. Toen gingen we naar zijn appartement aan zee voor opnames. Daar aangekomen nodigden we ook een drummer uit. Het idee was om de eerste indruk te vatten van de songs door de band. Ik liet hen gewoon doen met wat ik geschreven had. Zo kregen de nummers vorm. Meestal gebruikten we de eerste takes, soms de tweede.

Kan je ons daar iets meer over vertellen?

Wel, ik had al de lyrics en de melodieën geschreven. Ik liet die zien aan de bandleden en toen begonnen zij arrangementen te maken ervoor. Sommige werden wat ik in gedachten had, andere namen een heel verschillende gedaante aan. Neem Black mountain pass bijvoorbeeld: ik wou er het enige liedje van maken met akoestische gitaar, echt een folksong. Maar toen speelde de drummer een bossanova en dat klonk echt wel cool. Toen werd er ook nog pedal steel aan toegevoegd en zo verkreeg het zijn definitieve vorm.
Voor mij is het belangrijk dat de bandleden dit soort vrijheid ervaren. Zelfs op het podium spelen ze soms ineens iets heel verschillends. Ik vind het zelf beperkend als je op voorhand al gaat vastleggen hoe een song er hoort uit te zien.


In mijn review van je album vergeleek ik je met The Low Anthem. Is dat een gelijkenis waar je je bewust van was, of was je erdoor verrast?

Ik zag hen ooit één keer, maar het was niet echt een band waar ik naar luisterde, al bewonder ik de manier waarop ze folkmuziek gebruiken en in zekere zin gemoderniseerd hebben. Als ik je review lees, denk ik dat de gelijkenis vooral zit in het gebruik van het harmonium, wat een heel specifiek geluid oplevert, én in de manier waarop ook wij folkmuziek gebruikten.
We hebben nochtans niet bewust geprobeerd iets in de richting van folk te maken.


Wie zijn The Calicos, je band, eigenlijk?

Ze zijn een soort familie van mensen die ik ken. William, die harmonium, banjo,... speelde, maakt er niet langer deel van uit. Quinten, de broer van onze drummer Maxim, is een geweldige gitaris, die ook een fijne eigen band heeft, Mantaray. He speelt lead gitaar op deze plaat. En dan is er Arne, ons nieuwste groepslid, die harmonium, viool en slide gitaar speelt. He speelde ooit met me in een garagebandje, The Shitts. 

Ik heb begrepen dat je lyrics belangrijk vindt. Hoe komt het dat ze toch niet bij het album zitten, zodat de luisteraar ze kan meevolgen tijdens het luisteren?

Doelbewust koos ik ervoor ze niet toe te voegen, zodat de luisteraar er zelf kan uithalen wat hij wil.

Wil je ons vertellen waar de songs over gaan? Is er een rode draad?

Ken je de uitdrukking in het Engels, "wayward wind"? Dat is wanneer je je bewust wordt van een plotse wijziging in je gemoed. Alle liedjes zijn in verschillende periodes geschreven. Wat hen verbindt, is dat ze allemaal vanuit mijn standpunt ontstonden. Ze zijn misschien niet universeel, maar ik geloof ook niet dat ze compleet uniek zijn. Andere mensen hadden dezelfde liedjes kunnen schrijven. Maar ZIJ deden dat niet en ik wel! 
Als ik er op terugblik, besef ik dat de meeste gaan over iets willen om uiteindelijk te beseffen dat je eigenlijk écht iets anders wou.


Eén van mijn favorieten is It hides away the pain. Hoewel het over kwetsuren gaat, heeft het iets troostend en verzachtend. 

Het gaat over oude pijn. Het is wel een belangrijke song voor mij. Het is verwant met een nummer van Alex Chilton, die zong: "All we ever got from them is pain". Hij schreef het over zijn ouders. Het liedje gaat over verlaten worden.
Wanneer ik zulke liedjes schrijf, ben ik alleen op die plaats. Wanneer ik ze met andere speel, komen ze tot leven. Opnames, zo meen ik, zijn tijdsdocumenten.
Eigenlijk wil ik niet te veel vertellen over deze song. Hij spreekt voor zich, vind ik. Luister er maar eens goed naar...

Een ander geweldig nummer vind ik de afsluiter, When you call my name. Het lijkt een samenvatting te zijn van de gehele plaat.

Het was de laatste song die we opnamen. We hadden een deadline en hadden nog één nummer nodig. Enkel Maxim, onze drummer, en ik bleven over. En opeens kwam de verbinding. Het was een helse week geweest, waarbij letterlijk vrijwel alles het begaf waarmee we bezig waren. En toen kwam dit lied!
Ik vind het artwork intrigerend. Wat vertelt het ons?

Het schilderij is gemaakt door een vriend, Morgan, een Amerikaanse schrijver, die ik gevraagd had iets te schilderen voor mijn plaat. Ik leerde hem kennen in de les Nederlands. Hij komt uit Georgia, maar woont nu in Hove. Gezien ik op dat moment de songs nog moest opnemen, had hij geen noot ervan gehoord. Hij kon enkel afgaan op twee titels, waaruit ik nog moest kiezen. Hij besloot dit te schilderen.
Hoewel het schilderij eigenlijk geen rechtstreeks verband heeft met mijn liedjes, ben ik het meest getroffen doordat ik er mensen in herken die we beiden kennen: hijzelf, zijn gezin,... In feite zie ik er een beeld in van mijn vriendschap met hem.

Welke verdere plannen heb je nu?

In september hebben we gepland onze tweede plaat op te nemen. Dit keer willen we alles live spelen en de mixing ook zo doen dat het klinkt als een live opname.
Je maakt ons nieuwsgierig... Bedankt voor het gesprek!



It's been a while already, but we sat down in Antwerp with Matt Watts for this interview. With The Calicos he made a great album, 'Wayward Wind', which to me is still one of the top records of 2013. Here is a link to my review of that album (albeit in Dutch).



Could you introduce yourself? Who are you, as a musician?


I was born in Philadelphia, a big city on the East Coast, but I have lived all over the US, due to my father's job. My family originally came from the South East. My dad was a preacher, who joined the military as a chapelan. When I was 15 years old, we moved to Montana. That's where I started playing in various bands and exhibited the songs I wrote to small audiences in small towns. Between my 15th and 18th birthday, I recorded 3 albums. The first album I recorded alone, the second with a band. My third album was the result of a 4 hour recording session after a friend’s band practice.
The first thing I did when I arrived in Belgium, was to buy a couple of microphones. As I didn't know anyone here, I recorded an EP and put some songs on the internet. Then I got a call from a guy from the Antwerp club Trix who invited me to play at TrixTrax. That's how it started for me here in 2008. It got me some more concerts and I got to meet some artists.
By the end of 2011 I had recorded a solo album. It was Jan Verstraeten (from Charlie Jones' Big Band) who had the idea that I should release the songs I had made. He also designed the album cover (and a tattoo!). In September of 2011 I started making 'Wayward Wind', which turned out to become probably the strangest thing I have ever done.

Why is that?

Mainly because of the way it came about. It all started out with me playing some concerts with bass player Guido Op de Beeck. Then we went to his apartment at the sea to record. Once there, we also invited a drummer. The whole idea was to get a first impression of the songs by the band. I just let them have a go at what I'd written. That's how the songs came together. We mostly used the first or sometimes second takes.

Can you tell us more about that?

Well, I had already written the lyrics and melodies. I showed them to the other members of the band and they came up with the arrangements. Some of the songs turned out the way I thought, the way I had them in my head, but some others took a whole different road. Take 'Black Mountain Pass' for instance: I wanted to make it the only song with acoustic guitar, a real folk song. But then the drummer started playing a bossanova beat, which sounded really cool. Then pedal steel was added and that's how the song got its finale shape.
For me, it's important that the band members have that freedom. Even on stage they start doing things differently. Personnaly, I find it restricting to define on beforehand what a song must turn out like.

In my review of your album I compared you to The Low Anthem. Is that a reference you were already aware of, or did it surprise you?

I've seen them once, but they're not really a band I really listened to then. Although I must say I admire the way they use folk music and have somehow modernized it. When I read your review, I think I can imagine the resemblance lies in the use of the harmonium, which gives a very specific sound, and the way we have used folk music.
We didn't consciously try to make something folky though.

Who are The Calicos, your band?

They're a kind of a family of people we know. William, who played harmonium, banjo,... is no longer playing with us. Quinten, the brother of our drummer Maxim, is a great guitarist, who also plays in his own band Mantaray. He plays lead guitar on this album. And then there's Arne, our new band member, playing violin, harmonium and slide guitar. He has also played with me in a garage band called The Shitts.

I understand that you think lyrics are important. Why is it that they haven't been included with the record for the listener to read them?

I deliberately didn't want to put them with the record as I want people to listen and pick whatever they want out of it.

Do you want to tell us what they're about? Is there a red thread?

Do you know the expression “wayward wind”? It’s when you realize a sudden change of heart. All songs have been written in different periods. What joins them, is that they're all from my point of view. They may not be universal, but still I believe they're are also neither fully unique, as I think other people could have done the same. But THEY haven't and I have!
Looking backwards, I found out that most songs are about wanting something and realising in the end that you really wanted something else.

One of our favourite songs is 'It Hides Away The Pain'. Although it's about hurt, it has something soothing and comforting. Could you tell us more about it?

It's about old pain. For me too it's an important song. It's related to a song by Alex Chilton, who sang: “All we ever got from them is pain”. He wrote it about his parents. The song is about abandonment.
When I write these songs, it's in a place where I'm alone. Performing them with others, it comes alive. Recordings, in my opinion, are a document.
This song, I don't want to tell too much about it. I believe it's self-explanatory anyway. For me, the lyrics are very to the point. Just take a good listen...

Another great song is the last one: 'When You Call My Name”. It feels like it sums up the whole album.

It was the last song we recorded. We had a deadline and needed one more. It was just Maxim, our drummer, and me. Suddenly, we connected. It had been a hell of a week, with almost literally everything breaking while we were busy. And then this song happened.

There's something intruiging about the artwork. What does it tell us?

It's a painting by a friend of mine, Morgan, an American writer, whom I asked to paint something for the record. I met him in Dutch class. He's from Georgia, but lives in Hove now. As I hadn't yet recorded the songs when I asked him for a painting, he had not heard a single note. All he had were two titles which I still had to choose between. He decided to paint this. Although the painting is unrelated to the songs, what strikes me is that I recognize people we both know in it: himself, his family,... I see an image of my friendship with him.

What are your plans now?

Well, in September we plan to record our second album. This time, we want to play everything live and also mix it as a live recording.

You've made us curious... Thanks for the interview!

Geen opmerkingen: