29 februari 2016

Twintig parels per maand: februari 2016


Ook een korte maand (dit jaar één dag langer) sluiten we af met de twintig parels die we voor jullie opdiepen:
  1. O.N.E. - Yeasayer: een geweldige single om mee te starten, uit 2010 al
  2. Zombies - Otto von Schirach: een verwijzing naar een boek van Ferdinand von Schirach deed me spontaan terugdenken aan deze artiest, wiens vaak geschifte muziek me aan het lachen brengt
  3. You have my heart, okay - Team William: een glimlach wordt dan weer op mijn gezicht getoverd door deze Vlaamse band. Hun debuutalbum is nog steeds een aangename luisterervaring
  4. Robbin the liquor store - The Scabs: onveranderlijk moet ik denken aan "Robin, the boy wonder", de side-kick van Batman, maar dit zou dan een soort alcoholistische parodie moeten zijn
  5. What's in it for - Avi Buffalo: herinneringen aan een mooie zomer en Pukkelpop na vele jaren, dat is al wat er van Avi Buffalo overblijft. En deze song natuurlijk...
  6. Once around the block - Badly Drawn Boy: en weet er trouwens iemand wat er van deze man geworden is? 
  7. Vortex - John Carpenter: vorig jaar bracht filmregisseur John Carpenter (bekend van heel wat horrorfilms) Lost themes uit, een album met soundtrackmuziek die nergens anders verscheen. Dit is daaruit de opener
  8. Back to the house that love built - Tito Larriva: films geven soms aanleiding tot verzamelalbums en dat is precies wat gebeurde met El mariachi van Roberto Rodriguez. Op een verzamelalbum met Mexicaanse mariachi(-geïnspireerde) songs vond ik deze
  9. La pistalo y el corazón - Los Lobos: Mexicaanse muziek is natuurlijk het handelsmerk van de geweldige band Los Lobos
  10. Buenas tardes amigo - Ween: naadloos daarop aansluitend dit bijzonder grappig verhaaltje van de welllicht grappigste band ter wereld, Ween. Hun hele album Chocolate and cheese staat vol parels, helaas vooral voor de zwijnen...
  11. Happy together - The Turtles: een klassieker!
  12. Valerie - The Zutons: hoewel Amy Winehouse deze song een pak meer bekendheid schonk, is deze versie ook absoluut niet te versmaden
  13. Dreams - Beck: vorig jaar helemaal gemist, maar bij deze goedgemaakt
  14. Plateau - Meat Puppets: bekend geworden door de MTV Unplugged cover door Nirvana maar hier is het origineel. Omdat de Meat Puppets echt door meer mensen ontdekt moeten worden...
  15. Siva - Smashing Pumpkins: ik kocht Gish nog voor de band bekend werd, was zeer tevreden met de aankoop, zag hen op Rock Torhout omdat Pearl Jam afzegde en grijp met plezier terug naar dit nummer
  16. Vapour trail - Ride: vorig jaar was ik te vermoeid om te blijven voor het herenigde Ride op Pukkelpop, iets waar ik onmiddellijk en nog steeds een klein beetje spijt over heb
  17. Counting backwards - Throwing Muses: evenveel nostalgie vervult mij bij deze band van Kristin Hersh
  18. Tidal motions - Echo Beatty: het nieuwe, tweede album van deze Antwerpenaren komt in maart uit maar we kunnen ons nog zoethouden met debuut Tidal motions
  19. About the Dutch - Woodie Smalls: aanvankelijk dacht ik dat Kendrick Lamar een nieuwe single uithad, maar het blijkt gewoon een Vlaming te zijn. Wellicht het beste hiphopnummer uit onze contreien ooit!
  20. Umami/Water - Le1f: we eindigen deze maand met een soort "dubbelnummer" van Le1f, een man die pop koppelt aan het beste van indie (of omgekeerd)
Beluister hieronder de volledige afspeellijst:

28 februari 2016

Lied van de week: week 8 - 2016

Roller - Quilt
 

 
De voorbije dagen heb ik het album van Quilt, Plaza, gereviewd voor Indiestyle. Helemaal tevreden ben ik daarover niet (maar dat lees je wel één van de komende dagen). Toch staan er een paar meer dan aardige songs op en als single zijn die te versmaden. Het aan Sheryl Crow schatplichtige Roller is er één van.

Je kan het album Plaza hier kopen.


27 februari 2016

ID!OTS


Het lijkt wel Jon Spencer die ll aftrapt. ID!OTS houdt het tempo hoog op het tweede album dat niet toevallig op de schrikkeldag uitgebracht wordt. Drieëndertig minuten lang zetten ze een aanval in op je oren en dansbenen.
We horen nog wel meer parallellen met helden van de muzikanten. Pakistan is een erg Rolling Stones-achtig nummer en de zang van Luc Dufourmont in Bricks to dust doet heel sterk denken aan de vroege Nick Cave. Nog belangrijker dan die invloeden is echter de hele sfeer van de plaat. De vier Westvlaamse mannen maken erg potente, “masculiene” muziek. Associaties met modderworstelen, bierdrinken en luchtgitaar spelen schieten spontaan te binnen. Het is echter niet al beuken wat de klok slaat. Run run run klinkt haast gesofisticeerd en het surfbandjesverleden van Wouter Spaens echoot door in de reverb op de gitaren.
Hoewel de teksten niet specifiek met de problematiek in gedachten geschreven zijn, past het thema van de vluchtelingencrisis perfect bij deze songs. Dat die live uitgetest werden op een publiek van honderd vluchtelingen, is méér dan een gelukkig toeval. Niet alleen Never look backk en Run run run sluiten naadloos aan bij het onderwerp. Pakistan vertelt het verhaal van een gedesillusioneerde nachtwinkeluitbater die besluit terug te keren naar Karachi. In Bricks to dust klinkt het “you’re reaping what you sowed years ago“.
In een review verwijzen naar het Ugly Papas-verleden van de helft van de band doet de anderen oneer aan en alluderen op de rol die Luc Dufourmont speelde in een van de meest besproken tv-reeksen van het afgelopen jaar, doet de muziek tekort. Hoe scherp en origineel die wel is, blijkt onder meer uit Urang utang boogie, een Zappa-esque song waarin levende legende Roland het kwartet vervoegt. De drums van Tom Denolf spelen een belangrijke rol in de drive van het nummer en de achtergrondzang verleent het geheel een cachet van Afrikaanse nachten. De zang lijkt wel van een minder hese Tom Waits afkomstig.
Of ID!OTS nu in het Frans (High) of met jaren 80-rock (Little birds) de trommelvliezen in onstuimige beweging brengt, op ll scheren de vier mannen hoge toppen. Het half uur vliegt zo om en deze plaat nodigt uit om regelmatig als peppil beluisterd te worden.

Je kan deze recensie ook hier lezen op Indiestyle.

26 februari 2016

Gelezen (84)

Reformatie: christendom en de wereld 1500-2000 - Felipe Fernández-Armesto en Derek Wilson


In bijna 350 bladzijden trachten Felipe Fernández-Armesto en Derek Wilson ons eigenlijk vooral twee zaken duidelijk te maken over de reformatie. Ten eerste, zo betogen zij, is reformatie een tendens die inherent is aan het christendom en dus niet enkel op het einde van de Middeleeuwen plaatsvond, en ten tweede is reformatie een proces dat ook vandaag nog steeds niet "af" is.
Reformatie definiëren de auteurs als het proces van een soort "terugkeer" naar het oorspronkelijke Nieuwe Testament en een poging dit juist te begrijpen en er juist naar te handelen. Gezien de menselijke aard van de overlevering van Gods Woord, is dat immers niet evident en bijna per definitie te bediscussiëren. Met talloze voorbeelden tonen ze aan dat doorheen de hele geschiedenis van het christendom altijd dergelijke bewegingen hebben bestaan en dat "dé Reformatie" op zich als dusdanig beschouwd wordt omwille van het samenvallen met maatschappelijke veranderingen die zeer ingrijpend waren (begin renaissance, en vooral de boekdrukkunst is erg belangrijk geweest in het hevige reformatiedenken). Verder tonen de auteurs aan dat dit proces, net doordat het inherent is aan het christendom, ook vandaag nog voortduurt.
Beide auteurs schetsen dit alles in overzichtelijke, thematische hoofdstukken. Het is behoorlijk zware kost, maar wie moeite doet, ziet na verloop patronen opduiken en ziet ook andere maatschappelijke veranderingen en zelfs kunststromingen verklaard en in context gezet. Interessant boek dus, dat wel wat moeite van de lezer vergt.

Een boekenkast op reis: persoonlijke kroniek 1998 - Boudewijn Büch


In opdracht van zijn uitgever en met enige tegenzin hield Boudewijn Büch in 1998 een dagboek bij, dat in de prestigieuze reeks Privé-domein werd gepubliceerd.
De schrijver komt erin niet als een aangename persoon naar voren. Hij lijkt vaak erg pedant en arrogant, duwt mensen van zich af, koopt ongelooflijk véél boeken (bijna dagelijks voor honderden, soms zelfs duizende guldens: hoe kàn dat nu?). Door alle heisa rond zijn verzonnen verleden is het echter achteraf bij alles wat Büch schrijft, moeilijk om in te schatten wat nu waarheid en verdichting is. 
Hoewel ik op zich niet ontevreden ben dat ik dit gelezen heb, zou ik het nu ook weer niet gaan aanraden, tenzij je je af en toe eens flink wil ergeren aan Büch zelf natuurlijk. En toegegeven, zijn weetjes waarmee hij kwistig strooit, zijn altijd interessant en vermakelijk.

De trapchauffeur - Marnix Peeters


Met heel veel mededogen voert Marnix Peeters in dit boek een wat oudere, gewone, single man ten tonele. Hem overkomt weliswaar het één en ander, maar al bij al laat hij zich weinig uit zijn evenwicht brengen. En daarin net schuilt de kracht van dit boek, dat noch belerend noch hengelend naar medelijden is.

23 februari 2016

Eriksson Delcroix


Op het debuut For ever overheerste bij Eriksson Declroix nog voornamelijk de bluegrasssound die we kennen van The broken circle breakdown. Dat was niet toevallig, aangezien de muziek bij die film onder meer door Bjorn Eriksson verzorgd werd. De zang van zijn vrouw, Nathalie Delcroix (ex-Laïs), paste wonderwel bij zijn muziek. Op opvolger Heart out of its mind durft het tweetal de comfort zone te verlaten en kuieren ze onderzoekend het erf af.
Dat hoor je al vanaf de uitwaaierende intro van de titelsong. Mistigris klinkt bijna als een popsong van The Happy of The LVE. Het indrukwekkendste voorbeeld is echter Snakebite, een "Tarantinesk" nummer dat bij elke beluistering uitermate intrigeert. Lay low is een rock 'n rollnummer met gejodel (jawel!). Zelfs songs die teruggrijpen naar een meer vertrouwd geluid, zoals Arrow, laven zich aan de bron van alle popliedjes. 
Eriksson Delcroix toont net als zijn voorganger dat het duo talent zat heeft. Wat deze tweede plaat echter toevoegt, is dat ze ook bewijst dat er muzikaal nog heel wat toekomst in zit omdat dit verre van een "one trick pony" is.

Je kan het volledige album hieronder beluisteren:

19 februari 2016

Astronaute


Een eerste langspeler, die laat Astronaute vandaag op ons los. Petrichor heet hij en ik heb het moeten opzoeken: het verwijst naar de geur wanneer regen op droge rond valt. In feite betekent die naam nog iets veel mooiers als je weet dat het Griekse "ichor" bloed van de Goden inhoudt: het is de geur dat het bloed van de Goden aan de stenen onttrekt. Dat lijkt me dan ook een passende naam voor muziek van een band die melancholie incorporeert en zalig als een zomerse plensbui op ons neerdaalt.
Zeseneenhalve minuut lang zwaait Scales de plaat uit en ik kon me geen meer geschikte afsluiter voorstellen. De heerlijke combinatie van door tristesse doordrongen muziek en toch hoopvolle lyrics ("don't you worry / your lungs will fill up in time / and don't you worry / I'm here") is de perfecte samenvatting van een langspeler die beide aspecten voortdurend verbindt. 
Myrthe Luyten (die ook bij Mad About Mountains speelt) heeft een erg typisch, vrij mannelijk klinkende stemgeluid en ze weet perfect die muziek te maken die erbij past. Het lijkt bij momenten al in februari herfst. En hoewel de zangeres nog maar (bijna) 25 is, klinkt ze alsof ze al heel wat bagage meezeult. 
Drie jaar zaten er tussen de EP Myriad en de het langspeeldebuut en het was geen rechte lijn: de band die ze rond zich had verzameld, kent intussen al een helemaal andere bezetting. En al laat opener Hours iets zien van de kwetsuren die opgelopen werden, in Poison ivy hoor ik vooral ook strijdlust in een song die opgewekter gaat klinken en zich niet laat wegzetten onder een sluier van triestige mist. Vallen, het is nooit leuk, maar als je opnieuw kan opstaan, leer je met de littekens te leven en ze te dragen als eretekens verdiend in de strijd die het leven kan zijn.
Een absoluut hoogtepunt vormt Ruins in blue. Het roept bij mij vrijwel meteen Your ghost van Kristin Hersh in herinnering. De simpele melodie staat aanvankelijk haast naakt voor ons en wanneer andere instrumenten invallen, benadrukken ze die kwetsbaarheid veeleer dan dat ze ze bedekken of in bescherming nemen. 
In the cold sluit misschien nog wel het meest aan bij eerder werk op Myriad. In een luisterproef zouden we deze song er meteen uithalen als één van Astronaute. Daarmee illustreert de Limburgse dat tussen het vertrekpunt en deze grote mijlpaal dingen veranderd zijn, maar dat iedereen ook een rode draad vasthoudt in zijn of haar leven. Dat ze hier Bert Vliegen van Horses, waar Myrthe ooit zelf deel van uitmaakte, als bandlid opnieuw treft, kan dan ook geen toeval zijn. 

Beluister hieronder het volledige album:

18 februari 2016

Pinegrove


Zeven (volgens hun Facebookpagina) / Vijf (volgens hun Bandcamp) / Vier (volgens Wikipedia) muzikanten uit New Jersey die klinken als Beck in zijn lo-fi periode, veelbelovender wordt het zelden. Pinegrove klinkt zeurderig en toch weer niet, houdt de slackertraditie in ere en weet te ontroeren door een soort indie-eerlijkheid die verloren gewaand was. 
Van die muzikanten, waarvan het aantal dus betwist lijkt, is de meest opvallende Evan Hall, wiens stem een belangrijke factor is in het geluid van de band. Zelfs bij de samenzang met de andere bandleden, zoals in het refrein van Then again, komt die er het sterktst uit. Ik waan me meteen weer in de jaren 90 toen ik Daniel Johnston, Guided By Voices, The Folk Implosion en Sebadoh ontdekte. Diezelfde charme bezitten deze Amerikanen en in nauwelijks 30 minuten, want zo lang duren de 8 songs samen, weten ze mijn hart voor zich te winnen. Dit is een plaatje dat ik nog vaak ga beluisteren...

Beluister hieronder het volledige album:

µ-ziq


Mike Paradinas, de labelbaas van Planet Mu, kennen sommigen onder ons ook onder de naam µ-ziq. In die gedaante liet hij ons al kennismaken met menig interessant album vol elektronische muziek. Toen hij vorig jaar door zijn archieven ging, leverde dat niet enkel een zeldzame remix op van Analogue bubblebath van Aphex Twin maar ook een verloren gewaand album, Aberystwyth marine, dat nu dus het levenslicht alsnog te zien krijgt.
Parallellen met het eerdervernoemd project van Richard D. James liggen voor de hand, maar µ-ziq is tegelijk speelser en minder complex (zoals in Petronas hardstep, Soft pipes play on en The cut of my jib) en bewandelt ook paden die Aphex Twin onaangeroerd laat. Zo lijkt de muzikale basis voor sommige hits van Duran Duran of Talk Talk wel gelegd te zijn in composities als Yumm. Drum 'n bass à la Ed Rush en Optical krijgen we dan weer (kort) voorgeschoteld in Ice nine pt. 2 en Millenium hand and shrimp mixt drum 'n bass met soundtrackmateriaal.
µ-ziq weet niet altijd te boeien: Hanky pokery, Air 3 en Jiggery panky is een trio opeenvolgende songs dat warm noch koud blaast en algauw verloren raakt in de vergetelheid. Maar in zijn geheel is het een best interessante plaat waarvan we blij mogen zijn dat ze alsnog aan de oppervlakte opduikt.

Beluister hieronder het volledige album:

17 februari 2016

Lied van de week: week 7 - 2016

The wheel - PJ Harvey
 


Juicht, alle muziekfans aller landen, want PJ Harvey heeft niet alleen een nieuwe single klaar, maar in april volgt ook nog eens een volledig album. En als dit nummer een goeie graadmeter is, kunnen we hem nu al aanstippen voor ons eindejaarslijstje.

Je kan het album The hope six demolition project hier alvast bestellen.

Lyrics:

A revolving wheel of metal chairs
Hung on chains, squealing
Four little children flying out
A blind man sings in Arabic

Hey little children don’t disappear
(I heard it was 28,000)
Lost upon a revolving wheel
(I heard it was 28,000)
 
Now you see them, now you don’t
Children vanish ‘hind vehicle
Now you see them, now you don’t
Faces, limbs, a bouncing skull
 
Hey little children don’t disappear
(I heard it was 28,000)
All that’s left after a year
(I heard it was 28,000)
A faded face, the trace of an ear
(I heard it was 28,000)
 
A tableau of the missing
Tied to the government building
8,000 sun-bleached photographs
Faded with the roses
 
Hey little children don’t disappear
(I heard it was 28,000)
Lost upon a revolving wheel
(I heard it was 28,000)
All that’s left after a year
(I heard it was 28,000)
A faded face, the trace of an ear
(I heard it was 28,000)
 
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade out
And watch them fade...

16 februari 2016

Gespot voor u: Quartet Diminished


Op beehy.pe vind je goeie indie-muziek van over de hele wereld en het is dan ook een uitstekende plek om ontdekkingen te doen. Zo vond ik tussen de beste albums van 2015 dit pareltje uit Iran. Quartet Diminished laveert tussen Nordmann en Flat Earth Society met hun mix van klassieke muziek, jazz, psychedelische seventies rock en nog een paar andere genres. Voeg daar een klein, slechts hier en daar herkenbaar scheutje Oosterse muziek aan toe en je krijgt het betoverende moois dat ze ons op album Station one presenteren.

Beluister hieronder het volledige album:

DIIV


Brooklyn lijkt, gezien de hoge concentratie aan steengoeie bands, wel één van de muzikale centra van de VS en misschien zelfs de wereld te zijn. Eveneens afkomstig uit dit stadsdeel van New York is DIIV. De vijfkoppige band heeft na Oshin in 2012 een langverwachte opvolger, Is the is are, uit.
Aanvankelijk dacht ik dat ik de criticasters gelijk ging moeten geven: in zijn geheel kabbelt het album wat te veel en zo alle 17 songs na elkaar wordt het wat saai. Maar meerdere luisterbeurten hebben me gedeeltelijk van gedacht doen veranderen. Het klopt dat als de plaat op de achtergrond opstaat, je algauw een gevoel van onderlinge inwisselbaarheid en akoestisch behang dreigt te krijgen. Nu ja, als we eerlijk zijn: hoeveel platen hebben dat niet? 
Een meer aandachtige beluistering reveleert niet alleen fantastische, afzonderlijke nummers, maar toont ook dat er binnen het afgelijnde geheel van de sound van de band (ergens tussen shoegaze en dream pop in) ruimte is voor variatie. Uit de band springend en telkens herkenbaar bij elke luisterbeurt zijn Dopamine, het heerlijke uptempo Valentine, het dromerige Healthy moon en het voortdenderende Dust.
Ik hoor talloze band (vooral uit de jaren 90): Pale Saints, Throwing Muses, Smashing Pumpkins ten tijde van Gish, The Cure, Lush, Curve,... De smeltkroes die DIIV ons biedt, overtreft veruit het al uitstekende debuut Oshin. 

Je kan het volledige album hieronder beluisteren:

12 februari 2016

Boerenbond : The Smiths misleiden en disinformeren

Nadat Anne-Marie Vangeenberghe eerder al de campagne "Dagen zonder Vlees" hekelde in een opiniestuk op deredactie.be, neemt ze nu namens de Boerenbond en Landelijke Gilden, waarvoor ze woordvoerster is, ook The Smiths op de korrel. We ontvingen deze morgen onderstaande brief, die u kan lezen terwijl u onderaan de Spotify-afspeellijst beluistert:



‘Matigen is een schone deugd’, een van de vele uitspraken van mijn grootmoeder waar ik in de jaren 80 mee opgroeide: ik was ze al die tijd vergeten, maar moest er gisteren, bij het luisteren naar Spotify, weer aan denken. Gek genoeg luisterde ik niet naar een Greatest Hits van Modern Talking of de nieuwe van Kanye West. Wel besteedde ik buitensporige aandacht aan  "Meat is murder" van The Smiths. Waar velen blijkbaar (zonder nadenken?) het hoofd zachtjes laten meewiegen op de muziek, voel ik me de enige afwezige. En toch hou ik mijn hoofd (nog) stil.
Ik ben van nature nogal kritisch, zeker geen meeloper. Als ik in een kerk mensen gebeden hoor aframmelen, dan vraag ik me altijd af of ze wel weten wat ze zeggen. Bij de jeugdbeweging had ik het altijd moeilijk met activiteiten die een hoog gehalte van kuddegevoel bij me opriepen, en klakkeloos de opgelegde nummertjes uitvoeren tijdens een schoolfeest, zorgde ervoor dat ik steevast op de laatste rij stond. Toen iedereen Milli Vanilli geweldig vond, had ik al mijn vraagtekens. Dat was mijn ding niet en, zo zou later blijken, ook helemaal niet het ding van die twee mannen die we in videoclips zagen opdraven.
Hetzelfde voor albums: als ik al ergens naar luister, dan wil ik altijd goed weten waarom, wat erachter zit, de lyrics opzoeken op internet. Zo ook bij "Meat is murder". Morrissey roept op tot geen vlees en vis eten. En dat zelfs op de Lokerse Feesten. Samen besparen we zo veel mogelijk op onze ecologische voetafdruk. Daartoe loopt een militair in Vietnam rond met een helm met daarop de slogan. Ik wist niet dat er door de Vietcong zoveel vlees werd gegeten.
Daarom kan ik niet meer luisteren naar deze plaat. Ze bulkt uit van desinformatie en creëert de perceptie dat je beter oorlog kan voerren dan vlees eten.
"Meat is murder" misleidt en desinformeert, en creëert de perceptie als zou je met neerslachtige muziek en een zagerige stem een hoop wereldproblemen makkelijk kunnen oplossen. Ik moet je ontgoochelen. Dat doen ze niet. Zo eenvoudig is het niet.


10 februari 2016

Lied van de week: week 6 - 2016

Wide open - The Chemical Brothers featuring Beck




Ah, The Chemical Brothers! Ah, Beck! Twee artiesten die al zoveel moois gemaakt hebben dat je hen de occasionele miskleun met plezier vergeeft...
De nieuwe single heeft geen splijtende beats nodig noch een catchy meezing- of meebrulrefreintje om te bekoren. Toegegeven, aanvankelijk dacht ik dat het maar slappe kost zou worden, maar gaandeweg groeide deze song. Wellicht is het toch nodig je verwachtingspatroon bij te stellen of achterwege te laten.

Je vindt dit nummer ook op het nieuwe album Born in the echoes, dat je hier kan kopen.

Lyrics:

I'm wide open
But don't I please you anymore?
You're slipping away from me
You're drifting away from me

 
I'm wide open
But don't I please you anymore?
You're slipping away from me
You're slipping away from me

 
Slow me down
It's getting away from me
It's getting away from me
It's getting away from me

 
Slow me down
It's getting away from me
It's getting away from me
It's getting away from me

 
I'm wide open
But I couldn't see it anymore
You're drifting away from me
You're slipping away from me

 
I'm wide open
I'm wide open
I'm wide open

 
One day just gonna see me
Look back and forth from the ceiling
(I'm wide open)
Some day love's gonna hurt me
Turn back and soon I'll believe it

 
Slow me down
It's getting away from me
It's getting away from me
It's getting away from me

 
Slow me down
It's getting away from me
It's getting away from me
It's getting away from me

 
I'm wide open
I'm wide open

 
Slow me down
It's getting away from me
It's getting away from me
It's getting away from me

09 februari 2016

Red Zebra


Net in deze Week van Eigen Kweek op Studio Brussel, moet me iets van het hart waar ik uren over zou kunnen doorbomen. Niet alleen kiest men er op de "alternatieve" radiozender voor steeds weer dezelfde groepen en artiesten te promoten en verengt men Belgische muziek bijna voornamelijk tot Vlaamse muziek, bovendien worden van sommigen enkel en alleen maar die ene single telkens opnieuw gedraaid. Zo zullen we deze week van Red Zebra wellicht enkele malen I can't live in a living room horen (terecht want een iconische song uit die periode) maar niets anders.
The beauties of the beast: the best of Red Zebra (1980-1983) bewijst nochtans dat de keuze niet gering is. Net zoveel herkenning roepen de andere songs niet op, maar ze laten wel zien welke muziek in de vroege jaren tachtig door een toenmalige Rock Rally-finalist gemaakt werd. Al klinkt de sound wat gedateerd soms, er staan toch enkele pareltjes tussen.
Red Zebra ontstond uit de as van het Brugse punkgroepje The Bungalows. In 1980 spelen ze de finale van Humo's Rock Rally. Daar slaat hun bekendste song meteen aan en het is dat nummer dat ook de weg baant naar o.a. de studio van John Peel. In 1981 brengen ze het mini-album Bastogne uit en het valt op deze verzamelaar op dat die songs werkelijk tot hun beste werk behoren. The art of conversation mag zo op elke new wave-verzamelaar en ook Shadows of doubt drijft op een sterke melodie en een ritmesectie zoals je die in die dagen op zijn best hoorde. Bastogne zelf had van The Cure (voor wie de band in 1980 het voorprogramma had gespeeld) kunnen zijn.
In 1983 volgde het album Maquis met daarop een professioneler geluid dat dichter aansluit bij hoe vandaag platenproductie gebeurt. Lust bijvoorbeeld klinkt gevarieerder en meerlagiger dan de oudere songs. Ook voor Polar club hadden we meteen een boontje. Ondanks de vreemde zang is het een catchy nummer. En hoe volwassen klinken de Bruggelingen niet in Beirut by night. Van Search party vraag je je ook al af waarom we dit liedje nooit horen op onze radiozenders. 
De compilatie sluit af met 2 bijzondere opnames. Er is de live gespeelde cover van Transmission (Joy Division) die ook al terug te vinden was op A Red Zebra is not a Dead Zebra. De somberheid die Ian Curtis het nummer meegaf, is er wat afgeslepen, doch verder is het zeker een goeie cover. Tot slot krijgen we de remix die Kolk van I can't live in a living room maakte in 2000 en die nooit eerder gereleased werd. Door die herwerking komt de tekst sterker tot uiting omdat de muziek meer naar de achtergrond gedrongen wordt én meer zweverig klinkt, de song daarmee transformerend naar een triphopversie.

Dit album wordt uitgebracht door Starman Records.

08 februari 2016

Gezien: Boyhood + We need to talk about Kevin

Boyhood



In Boyhood volgen we de opgroeiende Mason (Junior) over een periode van 12 jaar. Het achtergrond verhaal is wellicht voldoende gekend: dezelfde cast werd 12 jaar gevolgd, waardoor je de natuurlijke veroudering ziet bij alle personages over de tijd. Twee uur en drie kwartier lang zien we hoe het leven van deze jongen, van de lagere school tot de start aan de universiteit verandert. Zijn gescheiden ouders maken keuzes die zijn leven beïnvloeden, maar dat doet hij zelf ook. De film is een mooi en indringend portret en heeft daar geen spectaculaire plotwendingen of grootse gebeurtenissen voor nodig. Dit had bij wijze van spreken het verhaal van elk willekeurig jongentje kunnen zijn...


We need to talk about Kevin




We need tot talk about Kevin begint enkele jaren na een gruwelijke daad van genoemde Kevin. Met flashbacks komen we te weten dat hij op zijn middelbare school een bloedbad aanrichtte en middels diezelfde flashbacks krijgen we een inkijk in de moeilijke opvoeding van de jongen en zijn verstoorde relatie met zijn moeder. Tilda Swinton, die de moeder op meesterlijke wijze gestalte geeft, probeert haar zoon te bereiken, maar al vrij vroeg vertoont die psychopatische (en sociopatische) trekken. Bovendien toont Kevin zich aan zijn vader als een vrij gewone jongen, wat spanning brengt in de relatie tussen beide ouders. Tegelijk zien we in de film ook hoe het leven voor de moeder een hel geworden is door wat haar zoon deed, niet enkel door het besef dat haar zoon zulke verschrikkelijke daden pleegde en het onvermijdelijk schuldbesef, maar ook de reactie van andere mensen.
Net als in Jagten zien we hoe directe naasten door de omgeving mee gebrandmerkt worden en hoe dat zich uit in agressie en wraakacties. In tegenstelling tot de zoon in de Deense film, draagt de moeder hier vrij lijdzaam de vernederingen, wellicht omdat het schuldgevoel toch groter is.
Opmerkelijk is ook de keuze die de film maakt in het nature/nurture-debat: worden we bepaald door aanleg (natuur) of door opvoeding (nurture)? Ondanks de verwijten die de moeder krijgt, trekt de film overduidelijk de kaart van "nature". Wat de moeder ook probeert, doorheen de film zie je hoe Kevin vaak heel bewust antisociaal gedrag (in al zijn vormen) stelt. Het geeft de film iets heel dreigends, wat na een tijdje krijg je als kijker het gevoel bij elke scene met Kevin dat er iets ergs gaat gebeuren. De dreiging en onrust bij de moeder beleef je immers zelf ook. 
Natuurlijk is dit standpunt vrij bemoedigend voor wie zich met de moeder identificeert, maar is het ook juist. Want Kevin wordt wel heel erg "een kind van het Kwaad" en er lijkt geen enkele externe invloed te zijn in zijn leven. Naar mijn mening was de film beter gediend van een genuanceerder beeld. Dat lijkt er soms te komen, maar de tegenstrijdige gevoelens van de moeder en haar ambivalente houding ten aanzien van haar zoon (soms zelfs vijandige houding) wordt al te makkelijk verklaard door zijn eigen daden en houding, als niet meer dan een reactie. En hoe ontschuldigend dat ook moge zijn voor het personage van de moeder, het lijkt me te weinig genuanceerd in wat voor de rest een bijzonder intense, goed gemaakte (visueel ook: hoe de regisseur speelt met de kleur rood, vooral in het begin) en tegelijk beklemmende film is.

06 februari 2016

Broeder Dieleman


De Zeeuw Broeder Dieleman bracht vorig jaar een derde album uit. Uut de bron is een zo mogelijk nog ingetogener, teruggetrokkener plaat dan zijn voorgangers. De muziek wordt afgewisseld met geluidsfragmenten waardoor het gevoel ontstaat dat je naar een documentaire luistert.
Zo horen we in Ruischendegat de zee, vogels, een verre kerkklok en een motorfiets. Het vredig tafereel gaat over in een gesprek in het Zeeuws dialect. Terwijl het gesprek wegsterft, start Hoofdplaat als ware dit het Zeeuwse equivalent van Sigur Ròs. Er wordt ruim de tijd genomen om de muziek zich te laten ontvouwen en de outro is zo rustgevend dat ik al helemaal weggezonken ben in de polderklei. Spaarzame banjo leidt Meilied in. Hoewel het dialect het midden houdt tussen Westvlaams en Nederlandse dialecten die ik alleen maar ken uit sketches over boeren en jeugdfeuilletons die zich afspeelden op het platteland in vervlogen tijden, valt het me erg moeilijk te begrijpen wat Broeder Dieleman nu precies zingt.
Gelukkig hoef je, net als bij de voornoemde IJslanders, de taal niet te begrijpen om gevangen te worden door de muziek. Ik voel de nostalgie en de lof op het plattelandsleven zo ook wel in Lovenpolder, boerengat. Ook hier is het nummer doorspekt met flarden gesprekken. Het Lied van de wilg wordt gezongen door koebellen en passerend verkeer: een allegorie voor de boerenbuiten waar moderniteit niet aan voorbijgaat maar het verleden gekoesterd wordt met de hardnekkigheid van taaie, ouwe mannenhanden.
Aan de priester-kunstenaar Omer Gielliet is het gelijknamig lied opgedragen. Omdat de lyrics hier meer begrijpbaar zijn, adviseer ik iedereen goed te luisteren naar deze ode.  Vorig jaar werd de bezongene 90 jaar en naar aanleiding daarvan kan je in Het Warenhuis/Museum Land van Axel in Axel (NL) tot 2 april naar een tentoonstelling van zijn werken. Afgaande op wat ik in een kort item met Broeder Dieleman op NPO2 zag in Landinwaarts, is dat zeer de moeite waard.
Nehallenia lijkt een religieus lied. Het is niet zozeer de religieuze ervaring van een ontmoeting met God maar een haast animistisch treffen met het landschap van de kreken rond Axel. Een soortgelijk lied is Water, waarin gesproken gedeeltes afwisselen met a capella en uiteindelijk ook muzikaal ondersteunde zang. Naadloos vervloeit het in Onder Zaamslag. Het toegevoegde ritmische element bepaalt in sterke mate dit nummer, waarin Tonnie Dieleman er het zwijgen toe doet omdat de muziekinstrumenten al klare taal spreken.

Beluister hieronder het volledige album:

Suede


Wie graag eens zijn benen strekt en zijn dansmoves bovenhaalt op de steeds populairder wordende rockparties, weet dat Suede daar nooit veraf is. Sinds Animal nitrate wist de band gestaag een repertorium uit te bouwen van geweldige singles. Ook live speelden ze zich een heuse reputatie bij elkaar. En al wekken nieuwe platen van de Londenaren geen groot enthousiasme meer op, een trouwe schare fans kijkt er altijd met plezier en verwachting naar uit.
Night thougts is al (of nog maar) het zevende studio-album van het vijftal. De Britten namen het merendeel van het materiaal op in Brussel en ze voegden strijkers toe aan hun sound. Ook fotograaf Roger Sargent werd aan boord gehesen om een gelijknamige film te maken voor deze plaat. Ambitie was er dus meer dan genoeg.
De diepe klanken van de contrabas, even later aangevuld met violen, openen When you were young dat heel filmisch aandoet. Beluistering door een koptelefoon maakt de ervaring nog indrukwekkender. Wanneer Brett Anderson zijn typisch stemgeluid laat horen, krijgen we exact wat we gewoon waren van Suede. Hier en daar zijn kleine variaties in de typische sound aangebracht, zoals Jeroen Meus in Dagelijkse kost ook al eens een klassiek gerecht nét dat tikkeltje anders weet te bereiden. Dit beeld blijft de hele cd hangen: de Londenaren blijven trouw aan de muziek die ze al sinds 1993 op de wereld loslaten en loodsen die de moderne keuken van de jaren 10 binnen.
Songs als Outsiders en No tomorrow, uitstekend singlemateriaal, getuigen van de blijvende relevantie van de Britpophelden. Voor vernieuwing luister je hier niet naar. Toch wordt de val van de nostalgie en de eindeloze herhaling goed vermeden. Ook in rustiger nummers (Tightrope en Learning to be) krijgen we die mengeling van het gekende met actueel muzikaal vertier. Brett Anderson weet moeilijke liefdes nog steeds magistraal vorm te geven in I can’t give what she wants. De ontoereikendheid van een stervende relatie wordt verbeeld door een hoofdpersonage dat zich richt op irrelevante details, vasthoudt aan wat verloren dreigt te gaan en tegelijk al bezig is met het wegduwen. What I’m trying to tell you is opzwepend genoeg om te blijven hangen in het geheugen. When you were young wordt nog eens in een kortere versie hernomen naar het einde van de plaat, een idee dat op papier misschien toch beter was dan in de realiteit. Gelukkig sluiten de Engelsen af met The fur and the feathers. Die song opent, net als nog wel eerdere liedjes op dit album, met stemmen die gesampled een chaos creëren als intro. Daarna weet de zanger een ballad in te zetten die blijft kleven aan de ribben en de muziek zwelt langzaam verder aan, tot er geëindigd wordt met een finale die van Muse had kunnen zijn.
Of Suede hiermee nieuwe zieltjes gaat winnen, kan serieus betwijfeld worden. De hondstrouwe fans krijgen precies wat ze besteld hadden en de persoonlijke toetsen van de kok maken dat het gerecht toch elke dag weer fris blijft smaken. Was Jeroen Meus een Britpopper, hij heette Brett Anderson.

Je kan deze recensie ook hier lezen op Indiestyle. Beluister hieronder het volledige album:

05 februari 2016

The Fifth Alliance


Griezelig, zo klinkt The Fifth Alliance op Death poems. Het lijkt een persoon in nood die in de verte de lyrics schreeuwt over de post-metal die de vijfkoppige band uit Breda presenteert. Zelden hoorde ik een plaat zo noodzakelijk klinken voor de zangeres als deze. Silvia Berger zingt niet omdat ze dat graag doet, maar omdat ze moet, omdat het er allemaal uit moet, omdat ze anders ontploft.
Op het eerste zich lijken de vier songs wat onderling inwisselbaar, maar je kan het ook beschouwen als interne consistentie waarin de nummers samen een sfeer neerzetten. En dat doen ze zeker en vast. Vrolijk word ik er niet van, maar het is wel prachtige muziek die je helemaal in een maalstroom meesleurt. Enkel Dissension verschilt nogal van de rest. De song is langer en bevat meer variatie, maar vreemd genoeg vind ik het niet het beste dat op deze plaat terug te vinden is.

Je kan het album hier kopen bij Consouling. Beluister de volledige plaat hieronder:

The Mary Hart Attack


Je ziet het tegenwoordig hier en daar weer opduiken: bands die hun muziek uitbrengen op cassette. Of die drager een even grote come-back gaat maken als vinyl, is nog maar zeer de vraag. Daar lig ik nu niet meteen wakker van.
Wel geïnteresseerd ben ik in de EP van The Mary Hart Attack. A dark green light betekent hun eerste stap in de wereld der opgenomen muziek en bewijst meteen dat ze daar hun plaatsje terecht opeisen. Lekker hard gaat het met de post-punk van dit drietal. Smeer daar een laag shoegaze, indie en new-wave overheen en je komt uit bij de sound van deze groep. 
Bassist Wil Mathijs maakte ooit de documentaire Cells en The Mary Hart Attack ontstond bij het maken van de muziek voor de credit roll. Dat nummer, Martin's call, hoor je als laatste (en extraatje) op de cassette. Deze song, een instrumental, verschilt daardoor ook van de overige vier en is onder meer wat rustiger.
Mijn favoriet is You talk too much waarin de instrumenten nog wat harder op hun staart getrapt worden. Mocht Janez Detd zich ooit naar Joy Division gemodelleerd hebben, kwamen ze ongetwijfeld hier ergens uit. 

A dark green light kan je hier kopen op de Bandcamp van The Mary Hart Attack (weliswaar zonder Martin's call). Beluister hieronder de EP:

04 februari 2016

Tindersticks


Eén van mijn vriendinnen smeekt al jarenlang om eens mee te mogen als ik ooit Tindersticks zou interviewen. Dus, Stuart Staples, als je dit leest: denk ook eens aan mij (en aan haar) en doe ons een plezier. En je interview verschijnt dan wellicht ook op Indiestyle, dus je wint dubbel (driedubbel als je de ontmoeting met die vriendin bij rekent)...
Er is alvast een perfecte aanleiding voor een gesprek. The waiting room, zo heet dat nieuwe album dat zelfs in januari al zeker lijkt van een plaatsje in de eindejaarslijstjes van 2016. Zelfs binnen hun eigen, indrukwekkende oeuvre is dit een hoogtepunt.
Het begint allemaal met het erg rustige en vooral filmische Follow me, een instrumental die Amélie Poulain verbindt met de Tindersticks. Wat volgt in Second chance man is de band op zijn meest ingetogen en meest bedaard. Het zal doorheen dit album nog vaak blijken: Stuart Staples weet zijn bandleden tot zeer gedoseerd musiceren te bewegen. Ook de productie zit heel goed op deze plaat. Zelfs als het tempo wat hoger gaat en de arrangementen wat moderner klinken, zoals in Were we once lovers? moet je geen capriolen verwachten. 
Spinvis zullen de Britten vermoedelijk niet kennen maar toch horen we in de intro's van This fear of emptiness en Planting holes de speelsheid van de Nederlander terug. En in Hey Lucinda steelt een frivool en toch bescheiden xylofoontje de show. Trouwens, dat instrument bevindt zich in goed gezelschap: Lhasa vormt de vrouwelijke tegenstem voor Stuart Staples. Dat is des te opmerkelijker omdat Lhasa op 1 januari al 6 jaar dood is. Dit was dan ook één van haar laatste opnames.
Tindersticks klinken nog steeds zoals eigenlijk enkel zij klinken. Daarin hebben ze stilaan de perfectie bereikt, zo lijkt me na beluistering van dit album.

Beluister hieronder het volledige album:

Gelezen (83)

Dit kan niet waar zijn - Joris Luyendijk


Het boek van Joris Luyendijk over de financiële crisis van 2008 is niet meteen geruststellende literatuur. Hij onderzoekt niet zozeer wat de oorzaak is of wie de schuldige is (al probeert hij dat ook een beetje te achterhalen) maar stelt vooral de vraag of dit een eenmalig "ongeluk" was of opnieuw zou kunnen gebeuren.
De amoraliteit (niet immoraliteit) die in delen van de sector heerst, is het grootste zorgenkind, alsook het feit dat men eigenlijk niet echt meer goed weet waarmee men bezig is. Tenminste, er is niemand die nog overzicht heeft over alle financiële producten en hun mogelijke consequenties. Dat maakt controle heel erg moeilijk, samen met de mentaliteit en de heel sterk aanwezig omerta.
Eigenlijk zou iedereen dit boek moeten lezen (het is niet zo heel moeilijk en dus vrij toegankelijk), maar ik wil er toch twee zaken uitlichten die mij frappeerden. Ten eerste had ik (en met mij velen, vermoed ik) niet echt een idee van wat de gevolgen hadden kunnen zijn van de financiële crisis. Het heeft blijkbaar heel weinig gescheeld voor het hele systeem in elkaar stortte, en dat zou betekend hebben dat ook alle handel stilviel, er geen transport van goederen (o.a. voedsel) meer zou geweest zijn, met schaarste en wellicht rellen en plundering tot gevolg.
Ten tweede is het ook heel verontrustend te lezen dat er algoritmen gebruikt worden in het verhandelen van financiële producten die mogelijk maken dat men in milliseconden kan kopen en terug verkopen, maar dat als het systeem faalt, men daar amper nog controle over kan uitoefenen en dus een escalatie wellicht niet kan voorkomen, met in het ergste geval bovenstaande gevolgen.
Hallucinant is het minste wat ik bij vele passages kon zeggen... Maar het boek is zeker een dikke aanrader.

Oorlog en terpentijn - Stefan Hertmans


In Oorlog en terpentijn stelt Stefan Hertmans dan wel de ervaringen van zijn grootvader tijdens de eerste wereldoorlog centraal, maar dit boek gaat over zoveel meer. Het is een kroniek van een leven, een familiegeschiedenis ook een beetje, een tragisch verhaal van een ongelukkige liefde en van berusting en verlangen. Met heel veel liefde voor zijn grootvader portretteert Hertmans een man die geboren werd aan het eind van de 19e eeuw en het vaak niet makkelijk had in het leven, een man ook met een kunstenaarshart. Dit is een prachtig verhaal, mooi in taal gegoten ook.

Het stenen bruidsbed - Harry Mulisch


Van Harry Mulisch las ik in het middelbaar (verplicht) De aanslag. Verder was ik nog niet geraakt in zijn oeuvre, maar gezien hij maar blijft genoemd worden als één van de grootsten in de Nederlandse literatuur, gaf ik dit boek ook een kans. Het stenen bruisbed vertelt het verhaal van Norman Corinth, een Amerikaanse tandarts die voor een congres naar Dresden terugkeert niet zo lang na de oorlog. Die stad heeft hij mee gebombardeerd tijdens de tweede wereldoorlog. In allerlei moeilijke taal en doorwrochte zinnen maken we kennis met zijn worsteling tussen trots en schuld. Het boek vraagt behoorlijk wat inspanning, vooral in het begin, maar wie volhoudt, krijgt wel een goed boek. Toch ben ik niet zo onder de indruk van Mulisch als ik vermoedelijk hoor te zijn.