23 september 2014

Chantal Acda


Bijna een jaar geleden schreven we hier over het prachtige solo-album van Chantal Acda, waarvoor ze overigens hulp kreeg van gerenommeerde artiesten als Nils Frahm, Peter Broderick, Gyda Valtysdottir en Shahzad Ismaily. Daarna trok ze in binnen- en buitenland de hort op en een registratie van haar concert in Dresden, waar ze bijgestaan werd door Gaetan Vandewoude (Isbells), Alan Gevaert en Eric Thielemans, ziet nu het levenslicht. Zes van de negen songs van haar debuut kunnen we vergelijken met de live-versie.
Chantal Acda toont zich tussen de liedjes door een bescheiden vrouw, die dankbaar het applaus in ontvangst neemt. Door de andere stemkleur van Gaetan in vergelijking met Nils of Peter krijg je sowieso een wat andere sfeer in We will, we must. Voor wie met de studioversie vertrouwd is, kan het even wennen zijn, doch Gaetans vocalen moeten amper voor het origineel onderdoen. Voor Backdrops worden meer dan 10 minuten uitgetrokken en dat geeft de muzikanten de gelegenheid hun kunnen te etaleren. Gelukkig vervallen ze niet in stoerdoenerij of pochen. De soberheid van deze song wordt in stand gehouden en Chantals stem is bij momenten het enige instrument dat alle ruimte krijgt. Het gevolg is dat hier minder vaart in zit dan in het nummer zoals we het kenden van de plaat. En dat was al een traag nummer. Ook afsluiter Wintercoat, nog net iets langer, wordt tijd gegund. Bewonderenswaardig is opnieuw hoe de bandleden zich ten dienste blijven stellen van het lied. De xylofoon vervult een hoofdrol zonder springerig en opdringerig het voorplan op te hotsen.
Wanneer je studio- en live-platen vergelijkt, komt al snel de aandrang bovendrijven om te gaan zeggen of dit nu beter of slechter is. We zouden die vraag eerlijk gezegd niet kunnen beantwoorden. De versies die we hier krijgen, zijn niet per se beter of slechter, maar anders. Ze hebben bestaansrecht op zichzelf en tonen een kant van Chantal Acda die minder aan bod komt op de plaat. Misschien ligt daarin wel de verklaring waarom we Arms up high en We must hold on hier noodgedwongen missen. Het zou wel eens kunnen dat die beter thuishoren op wat de Nederlands-Belgische ons vorig jaar al toeschoof.

Je kan deze recensie ook hier lezen op Indiestyle.

Geen opmerkingen: