Kris Bauwens, een onderwijzer uit Gent, verzamelt cd's, vinyl platen en handtekeningen, smijt zich vol enthousiasme in de Lindy Hop en is sowieso heel veel met muziek en optredens bezig. We waren dan ook ontzettend benieuwd welke 10 platen het meest invloed hadden in zijn leven...
1. The final countdown – Europe
Zijn allereerste album ooit stond op een cassettebandje, dat ontelbare keren in de autoradio afgespeeld werd, daar aan zijn einde leek te komen maar gerepareerd werd door zijn vader en dat verloren raakte (en teruggevonden werd) en intussen aangevuld is door een vinyl exemplaar, gevonden op een rommelmarkt. Voor de achtjarige Kris waren de hairmetal-Zweden ongelooflijk opwindend. Met een mengeling van nostalgie en instemmend geknik op het titelnummer, Carrie en Rock the night, blijft dit hangen als het ultieme begin. Kris groeide op in een gezin waarin muziek niet erg belangrijk gevonden werd en waar weinig muziek gekocht werd. Enkele jaren later, tussen zijn twaalfde en zestiende, verdween muziek zelfs helemaal op de achtergrond voor hem.
Op zijn zestiende wordt Kris medewerker in één van de drie jeugdhuizen in Eeklo, De Media (de huidige N9). Programmator Jan De Boever maakt hem wegwijs in de diverse muziekstijlen die aan bod komen in de vooruitstrevende en alternatieve programmatie van het jeugdhuis, en één van de eerste ontdekkingen die Kris doet, is...
2. Third – The Soft Machine
“Hoort ge graag Pink Floyd ? Dan gaat ge dit ook graag horen !” Daarmee wees Jan De Boever de weg naar The Soft Machine, een groep met wisselende bezetting, voornamelijk rond Robert Wyatt (en ook in enkele bezettingen met Kevin Ayers). De groep maakt deel uit van de Canterbury scene, brengt psychedelische muziek (later ook evoluerend naar andere genres, om zelfs dichtbij jazz te belanden) en klinkt volgens Kris op zijn best op “Third”, een dubbel-LP met slechts 4 nummers. Vooral de stem van Wyatt intrigeert hem mateloos.
Twee jaren geleden, bij een trektocht door Engeland, trekt Kris zijn stoutste schoenen aan. Via een tip is hij aan het adres geraakt van Robert Wyatt, die teruggetrokken leeft in een klein Engels stadje. Hij belt aan om een handtekening te vragen, wordt door Wyatts vrouw (Alfreda Benge, die zijn hoezen schildert) binnen genodigd, want Wyatt zelf blijkt naar de supermarkt. Robert Wyatt is zeer blij met het bezoek, en een hele namiddag wordt er gepraat over muziek en geluisterd, vooral naar jazz. Wyatt maakte Kris wegwijs in zijn muziekkamer, waar Björk, David Gilmour, Nick Cave en anderen met hem opnamen.
De eigenzinnige programmatie in De Media in Eeklo en de platentips van Jan De Boever zorgen voor een ware muzikale ontdekkingsreis voor Kris in die jaren, en zo komt hij uit bij grootheden als Captain Beefheart en Frank Zappa
- Hot rats – Frank Zappa
Natuurlijk heeft Frank Zappa (samen met zijn begeleidingsband The Mothers Of Invention) ontelbare wonderlijke, prachtige platen gemaakt, maar binnen zijn hele oeuvre met heel veel jazzinvloeden en ontelbare stijlwissels (zelfs binnen eenzelfde nummer) springt Hot rats er toch bovenuit. Kris noemt dit album één van de meest toegankelijke platen van Zappa, zonder dat aan kwaliteit ingeboet wordt.
Voor Kris Zappa leerde kennen, had hij al kennisgemaakt met Robert Crumb, de Amerikaanse striptekenaar die een ware cultstatus verwierf. Crumb maakte ook muziek, trad zelfs ooit op in De Media en leidde Kris zo naar Beefheart en dus ook Zappa.
De muziek van Frank Zappa, zo legt Kris uit, is als wiskunde. Ogenschijnlijk eenvoudige nummers die toch zoveel moois en ingewikkelds bevatten, waarbij het geheel meer wordt dan de som van de afzonderlijke delen. Bovendien is dit het soort platen waardoor Kris leerde om albums die hij niet meteen mooi vond, een kans te geven om te groeien, om eraan gewoon te worden en tenminste enkele keren te blijven proberen luisteren tot je (al dan niet) de klik kan maken en hoort wat de plaat zo goed maakt. Muziek beluisteren, het is niet altijd makkelijk en hapklaar...
- The Velvet Underground & Nico – The Velvet Underground
Lou Reeds solowerk en het lezen van boeken over Andy Warhol en The Factory effenden de weg naar The Velvet Underground, waar Reed ook nog John Cale, Sterling Morrison en wellicht de eerste vrouwelijke drummer in een alternatieve rockband, Maureen Tucker, naast zich zag. De hele manier waarop Warhol erin slaagde van het debuut van de band méér te maken dan zomaar een album, de muziek die zijn tijd ver vooruit was en die toen niet aan de straatstenen verkocht raakte, en de onvoorstelbare invloed die The Velvet Underground hadden op de latere muziekscene, zijn slechts enkele elementen die Kris' interesse in de band opwekten. Alles eromheen maakt van deze plaat iets enigmatisch, en het toont voor Kris de vervlochtenheid van muziek met andere kunstgenres.
- Way to blue : An introduction to... - Nick Drake
Zonder twijfel noemt Kris deze plaat de meest ingrijpende die hij ooit beluisterde. In een kleine platenwinkel in Eeklo, de Epoxy, waar ze vooral metal en gothic verkochten, maar daarnaast altijd wel onverwacht goeie (en vaak nog vrij onbekende) muziek uit andere genres hadden staan, kocht hij dit album. Hij had net over Nick Drake gelezen, en diens intrigerende leven en dood. Drake maakte slechts drie platen, maar wat voor platen ! Toen hij enkele dagen later in de tweehandsbak bij Epoxy dit album tegenkwam, werd hij helemaal betoverd !
Snel daarna kocht hij ook de drie reguliere platen van Nick Drake, hij begon blogs over Nick Drake te lezen en op fora in te loggen, kocht bootlegs en field recordings, verzamelde steeds meer van en over Nick Drake en zou uiteindelijk zelfs mee tributes organiseren.
Al in de bloemlezing in dit album, is duidelijk dat Nick Drake een heel sterk geheel weet te smeden van zijn teksten, zijn specifiek gitaargeluid (hij speelt met open tunings, waardoor live concerten moeilijk waren) en alles eromheen omtrent zijn leven en dood. Zo is er geen bewegend beeld van hem bewaard, behalve mogelijks een filmpje waarop je op een festival iemand op de rug ziet die Nick Drake zou kunnen zijn... Zo leek hij in veel van zijn teksten zelf al op zijn eigen dood te alluderen (debuut “Five leaves left” kwam vijf jaar voor hij zou overlijden).
Kris ging de biografie van Nick Drake lezen, luisterde naar muziek die Drake zelf goed vond, en ontdekte zo het ene pareltje na het andere. Samen met enkele Amerikanen vatte hij het plan op om in Tanworth-in-Arden (waar Nick Drake had geleefd) een fanevenement/tribute op te zetten. In 2003 werd dit voor het eerst georganiseerd. Twintig mensen, waaronder de zus van Nick Drake (het enige nog levende familielid) en Robert Kirby (die de string arrangementen verzorgde op de platen van Nick Drake), waren aanwezig. Er was een soort viering waarop zijn muziek gespeeld werd in de plaatselijke kerk.
Kris ging als een pelgrim Nick Drake achterna en bezocht alle relevante plekken uit diens leven, in Londen, Cambridge en Tanworth-in-Arden. In 2004 organiseerde hij een expositie met zijn collectie in het Concertgebouw in Brugge en in het Cultureel Centrum van Eeklo. Bruno Deneckere en anderen speelden er als tribute band.
Daarna had Kris echter het gevoel dat het verhaal zowat verteld was, wat Nick Drake betrof. Zijn gedrevenheid om alles rond Nick Drake te verzamelen en verder uit te spitten, doofde, al blijft Nick Drake de grootste muzikale inspiratiebron voor hem, en heeft hij de weg gewezen naar talloze singer/songwriters.
- Sackcloth 'n' ashes – Sixteen Horsepower
Op 11 juli 1997 vond voor het eerst (en meteen ook voor het laatst) ter gelegenheid van de Vlaamse feestdag Rock Vlaanderen 2002 plaats op het Gentse Sint-Pietersplein. Tussen acts als Gorki, Cheap Trick, Osdorp Posse en Luka Bloom stonden ook de totaal onbekende Amerikanen rond Eugene Edwards geprogrammeerd. Ondanks het hondenweer bleven Kris en zijn vrienden nog even voor het begin van het concert, en dat zou hij zich geen seconde beklagen.
De intensiteit van Sixteen Horsepower, live maar ook op deze debuutplaat, sloeg hem met verstomming. Dit noemt Kris nu eens écht “nekvelmuziek”. Hij bleef de band volgen, was bij wat later hun laatste concert zou blijken in het Rivierenhof in Deurne, en volgt nog steeds Woven Hand, al evenaart Edwards nooit meer wat hij met de eerste albums van Sixteen Horsepower kon maken.
7. Ágætis Byrjun – Sigur Rós
Ook deze plaat vond Kris in de Eeklose platenwinkel Epoxy, en alweer zou het een ontdekking worden die amper ergens mee te vergelijken valt. Enkel op basis van de bijzondere hoes werd de plaat gekocht. Een hele nieuwe wereld (waarin hij post-rock en talloze Ijslandse artiesten zou ontdekken) ging voor Kris open.
Vooral de hele emotionele lading die in de nummers (en met stip in Svefn-G-Englar) waart, paste zo goed bij zijn toenmalige gemoedstoestand, dat hij er midscheeps door getroffen werd.
- Rejoicing in the hands – Devendra Banhart
Op aanraden van een bevriende kunstenaar vond hij deze CD. Het artwork alleen al intrigeert. Banhart is een soort moderne hippie, die alles zelf wil doen en totale controle wil houden over zijn muziek. Hij is een erg bizarre figuur, die samenwerkte met artiesten die toen nog totaal onbekend waren, maar tegenwoordig binnen én buiten de new folk scene naam gemaakt hebben. Vashti Bunyan is zo'n artieste, die zonder Banhart waarschijnlijk voor velen een nobele onbekende zou gebleven zijn.
Ook hier opende deze plaat de poort naar een hele wereld aan muziek, met bijvoorbeeld Joanna Newsom, CocoRosie,... Wie het belang van Devendra Banhart onderschat, moet maar eens op zoek naar de compilatie die hij zelf samenstelde onder de titel The golden apples of the sun. Op die compilatie vinden we de toen nog onbekende Vetiver, Joanna Newsom, Espers, Iron & Wine, Scout Niblett, CocoRosie en Antony (jawel, van The Johnsons).
- Best of... - Nina Simone
Lange tijd was jazz een genre waar Kris niet echt affiniteit mee had. Hij kocht voor zijn platenverzameling al wel eens jazzplaten, maar meestal omwille van de hoes, maar deze best-of van Nina Simone leerde hem echt naar jazz te gaan luisteren. Hij werd helemaal betoverd door My baby just cares for me, en begon allerlei muziek op het Blue Note label te beluisteren. Ook in de N9 in Eeklo (De Media was intussen verdwenen en de heropstart gebeurde onder een andere naam, en zou ook een wat andere inhoud krijgen) luisterde Kris naar jazzconcerten. En toen kwam de klik : een ongelooflijk brede waaier binnen jazz openbaarde zich aan Kris.
- Complete jazz series 1929-1941 – Sam Price
Zo'n twee jaar geleden introduceerde een vriend hem in de wondere wereld van de Lindy Hop. Op vooral swing jazz wordt er gedanst en gefeest alsof het nog steeds de eerste helft van de vorige eeuw is (vooral de periode tussen begin jaren '20 en de jaren '50 zijn er erg populair). Een heel universum van stromingen en oneindig veel (vaak onbekende) artiesten opende zich alweer, maar Lindy Hop is meer dan het dansen alleen, en betekent voor Kris vooral een bron voor vriendschappen en samen-plezier (tot in het buitenland toe).
Het is niet zo eenvoudig om uit dat gigantisch aanbod één plaat te kiezen, maar voor Kris is dit toch een representatief staaltje van wat er te ontdekken valt...
2 opmerkingen:
6-7 en 9 : thumbs up !
merci voor dit logje. vallen een aantal puzzelstukjes in elkaar :)
Een reactie posten