Op de openingsavond van de Gentse Feesten kan je eigenlijk niet om hét Gentse monument, de man die ooit (41 jaar geleden?) de Gentse Feesten opnieuw lanceerde : Walter De Buck. En dus kies ik er net als velen voor om elk jaar opnieuw te gaan luisteren hoe hij Bij Sint-Jacobs als eerste act aantreedt. Vorig jaar, toen hij 75 jaar werd, viel mij al op hoe de ouderdom stilaan begint te wegen, en ik was dan ook verrast dat hij dit jaar zijn optreden begon met enkele nieuwe nummers. Misschien moeten we nog gewoon worden aan die nieuwe liedjes, maar ze leken mij nu niet meteen tot het beste uit zijn oeuvre te gaan behoren... Gelukkig zette hij na een tijdje een rijtje klassiekers in. Eerst werden we getrakteerd op sociale liederen van Karel Waeri (Koevoet is beter dan boelie, Pater klokkenluider en De 4 weefgetouwen) en dan volgden nog 3 klassiekers uit zijn eigen repertoire : In mijn stroatse zijn 't allemoal kommére, 'k Zou zo gére wille leven en natuurlijk ook het "Gents nationaal volkslied" 't Vliegerke. Ook nu weer haperde Walter in één van die bekendere nummers eens (tekst kwijt), maar het was vooral toen hij na zijn optreden meezong met de dagelijkse Gentse Zangstonde, dat zijn leeftijd toesloeg : tweemaal zette hij een strofe in die we al net gezongen hadden...
Maar dat doet natuurlijk niets af aan de nostalgische, traditionele trip die zijn optreden, als opener van de Gentse Feesten, toch telkens weer is.
De Gentse Zangstonde werd bovendien aangekondigd door niemand minder dan Jezus zelve..., die ook nog eens zijn traditioneel mopke (zie bijgedachten als je het eens wil lezen...) mocht komen vertellen.
Op het Emile Braunplein heeft Radio Modern het Duvel Droomschip dit jaar zowat overgenomen, en dat betekent heel veel muziek uit de jaren '30 en '40, bigband, swing,... Er zijn ook optredens (maar die heb ik gisteren gemist wegens o.m. Walter De Buck) en voor en na draaien DJ's. Op de openingsavond daar mochten The Balcony Jumpers het publiek tot dansen uitnodigen, en met muziek die helemaal gedrenkt is in de vooroorlogse periode, maar die verrassend bekend in de oren klonk (al is dat natuurlijk ook omdat sommige hedendaagse artiesten deze muziek ontdekt hebben en -vaak van een beat voorzien- heruitbrengen...). Hoedanook, al werd er nog niet zoveel gedanst, de sfeer zat er goed in en 't is een verademing om ook dit soort ondergewaardeerde muziek te mogen proeven op de Gentse Feesten.
In het Baudelopark stonden op het (dit jaar overigens anders opgestelde) podium slechts 2 mannen met hun gitaren, maar als het Roland en Wigbert betreft, blijkt dat natuurlijk ruimschoots voldoende. Virtuoze gitaarpartijen maakten van de bluesnummers (o.m. Jimi Hendrix' Red house) een waar genot. Roland, in trainingsjack van wereldkampioen Spanje, soleerde magistraal, en Wigbert liet horen dat hij alles heeft om de nieuwe Roland te worden (maar zoiets vraagt natuurlijk veel jaren tijd...)
1 opmerking:
Tijd voor een mopje:
Der was ne keer een man en die ging naar de Stock Américain. En hij kwam in de Stock Américain en hij vraagt aan de bevallige dame achter de balie: "Excuseer mevrouw, verkoopt u hier toevallig ... ik weet het niet ... toevallig camouflagepakken?".
"Jawel," zegt ze, "maar ik vind ze niet!"
Allez Hupeuh!
Een reactie posten