02 augustus 2013

Carmen Villain


Nu we na een lange en koude winter eindelijk een zomer hebben gekregen, worden we om de oren geslagen met winterse platen. Het psychedelische dronefolkgeluid van Carmen Villain brengt ons immers meer in de sfeer van warme concertzalen terwijl het buiten sneeuwt en iedereen zich warmt aan de noise en de geluidsbrij waarmee zo’n ruimte gevuld wordt.
De bio van Carmen Villain is boeiend genoeg om die even samen te vatten: ze werd geboren in de VS, is half-Noors en half-Mexicaans en leeft tegenwoordig in Londen, al situeren sommigen haar in Oslo. Ze was een bekend model en sierde onder meer de cover van Vogue. Dit jaar bracht de Noorse haar debuutalbum uit, Sleeper, waarvoor ze op hulp mocht rekenen van Prins Thomas, die bij ons dan weer het meest bekend is van de platen die hij samen met Lindstrøm maakte. Het door Prins Thomas geproducete Obedience wordt dan ook gekenmerkt door een repetitieve house-achtige basis.
De invloeden die wij horen, variëren van Sonic Youth (Easy) tot The Cramps begraven onder hopen feedback (Made a shell), van Boards Of Canada (Light, see) over Beach House (nog het meest in de opener en de afsluiter) tot surf (It may well die). Doorheen die verscheidenheid klinkt gelukkig ook genoeg herkenbaar eigen geluid. Carmen Villain beschikt over een mooie, niet echt opvallende stem die zich niet opdringt maar tussen de instrumenten heen meandert. Songs als Kingwoman illustreren perfect hoe ze muzikale invloeden combineert, haar vocalen toevoegt als een onlosmakelijk onderdeel ervan en tot een mooi eindresultaat komt.
Veel minpuntjes hoeven we niet op te sommen. Ja, er zit niet echt een op zich staande, beklijvende “hit” tussen en de truc met de afsluitende ballad (Demon lover) hebben we al genoeg gehoord om te weten dat zoiets vaak een strategie verraadt.
Nu zijn de temperaturen nog hoog genoeg om met een T-shirt of topje onze dagen door te brengen, doch als binnen enkele maanden een lichte huivering je overvalt en de indian summer voorbij blijkt, kan Carmen Villain dienst doen als een aangenaam dekentje van psychedelische drones en andere warme noise. Zou “muzikale fleece” een mooie omschrijving zijn voor dit Noorse kleinood?

Je kan deze recensie ook hier lezen op Indiestyle.

Geen opmerkingen: