30 september 2011

Lied van de week : week 39 - 2011

Whaddya mean by that - John Cale



John Cale, verantwoordelijk voor heel veel mooie muziek, heeft een EP uitgebracht (Extra playful), en daarop is dit mooi, wat lichtvoetig nummer te vinden. Halverwege krijg je een vreemde solo, waarna John Cale opnieuw zijn mooie stem aan het woord laat. Het smaakt naar meer...

Je kan de EP hier kopen.

Lyrics :


Teach me how to love

Teach me how to hate
I'm a student
I mustn't be late

Standing in the window
Staring at the street
I see you in the distance
Fading from the heat


You ask if you hurt me
Whaddya mean by that
Look around the corner
You don't remember that

Feels like dancing
On the head of a pin
Watching and waiting
For you to begin
Letting your lonely heart
Reach out to me
The dancer who's standing
Still at your feet


You asked if you hurt me
Whaddya mean by that
Looked round the corner
You don't remember that

(SOLO)

Take me to your bedroom
Lay me on the floor
Before we get started
Better lock the door
Deep in the shadows
There's plenty of room
For you to be dancing
A dancing fool

You ask if you hurt me
Whaddya mean by that
Look around the corner
You don't remember that


You ask if you hurt me

Whaddya mena by that

Look around the corner

You don't remember that

29 september 2011

Indiestyle


Ik maak hier graag even reclame voor Indiestyle, waar je alles i.v.m. indie muziek kan terugvinden : recensies van albums en concerten, concertaankondigingen, nieuws,... Maar ze hebben ook aandacht voor style en er zijn af en toe wedstrijden ! (en ik schrijf zelf ook soms recensies).
Je vindt Indiestyle hier en op Facebook is er een fanpagina (hier) die je kan aanklikken als "vind ik leuk" en dan blijf je op de hoogte. Indiestyle zit hier op Twitter.

24 september 2011

Lied van de week : week 38 - 2011

Someone like you - Adele



Het is eigenlijk pas dankzij de #queet-campagne van Studio Brussel dat ik deze week, onderweg van Antwerpen naar Brugge, goed luisterde naar de tekst van Someone like you van Adele, een nummer dat ik best wel goed vond, maar ook niet meer dan dat... En kijk, ik werd er door geraakt. Het is zulk een herkenbaar gevoel (uit het verleden), dat ik helemaal in het nummer gezogen werd.
Het helpt natuurlijk dat Adele mooi kan zingen, het een prachtige ballad is, maar het is de tekst die me over de streep haalde...

Je vindt het nummer op het album 21, dat je hier kan kopen.

Lyrics :

I heard that you're settled down
That you found a girl and you're married now
I heard that your dreams came true
Guess she gave you things, I didn’t give to you

Old Friend
Why are you so shy ?
Ain't like you to hold back
Or hide from the light

I hate to turn up out of the blue uninvited
But I couldn’t stay away, I couldn’t fight it
I'd hoped you’d see my face and that you’d be reminded
That for me, it isn’t over

Never mind, I’ll find someone like you
I wish nothing but the best for you too
Don’t forget me, I beg, I remember you said
Sometimes it lasts in love
But sometimes it hurts instead
Sometimes it lasts in love
But sometimes it hurts instead, yeah

You know how the time flies
Only yesterday was the time of our lives
We were born and raised , in a summer haze
Bound by the surprise of our glory days

I hate to turn up out of the blue uninvited
But I couldn’t stay away, I couldn’t fight out
I hoped you’d see my face and that you’d be reminded
That for me, it isn’t over

Never mind, I’ll find someone like you
I wish nothing but the best for you too
Don’t forget me, I beg, I remember you said
Sometimes it lasts in love
But sometimes it hurts instead, yeah

Nothing compares, no worries or cares
Regrets and mistakes they’re memories made
Who would have known how bittersweet this would taste

Never mind, I’ll find someone like you
I wish nothing but the best for you
Don’t forget me, I beg, I remember you said
Sometimes it lasts in love
But sometimes it hurts instead

Never mind, I’ll find someone like you
I wish nothing but the best for you too
Don’t forget me, I beg, I remember you said
Sometimes it lasts in love
But sometimes it hurts instead
Sometimes it lasts in love
But sometimes it hurts instead, yeah, yeah

21 september 2011

Het eeuwige leven


Voor wie enige kennis heeft van het internet, is het geen geheim : wat ooit gepubliceerd werd op internet, krijg je er maar moeilijk af. Of nee, zeg maar : nooit meer. Zo gaat dat vaak : het duikt op in zoekmachines, circuleert en valt helemaal buiten je controle.
En als er dan iemand is die je bestookt met mails om te vragen een gepost bericht te verwijderen, heeft die geen andere keuze dan er vrede mee te nemen dat je dat doet, al zal het nog opduiken in zoekmachines (de link loopt dan dood), en wie weet waar nog allemaal... Zo gaat dat nu eenmaal. Al ga je op je kop staan !
Verder zeuren daarover is compleet nutteloos, zinloos.
Daarom is het belangrijk goed na te denken vooraleer je iets post : tekst, maar zeker ook foto's, filmpjes,... Je weet nooit waar en wanneer het nog eens opduikt...

18 september 2011

Lied van de week : week 37 - 2011

Holocene - Bon Iver



Over het nieuwe album van Bon Iver, Bon Iver, Bon Iver, post ik zeker nog later, dus hier ga ik het kort houden : de man is erin geslaagd alweer een pracht van een album neer te pennen en in te blikken, en deze tweede single daaruit verdient niet minder dan dagelijks meerdere draaibeurten (ze mogen het van mij elk uur draaien!).

Je kan het album hier kopen.

Lyrics :

“Someway, baby, it’s part of me, apart from me.”
you’re laying waste to Halloween
you fucked it friend,
it’s on it’s head,
it struck the street
you’re in Milwaukee,off your feet

…and at once I knew I was not magnificent
strayed above the highway aisle
(jagged vacance, thick with ice)
I could see for miles, miles, miles

3rd and Lake it burnt away, the hallway
was where we learned to celebrate
automatic bought the years you’d talk for me
that night you played me 'Lip Parade'
not the needle, nor the thread, the lost decree
saying nothing, that’s enough for me

…and at once I knew I was not magnificent
hulled far from the highway aisle
(jagged, vacance, thick with ice)
I could see for miles, miles, miles

Christmas night,
it clutched the light,
the hallow bright
above my brother,
I and tangled spines
we smoked the screen to make
it what it was to be
now to know it in my memory:

…and at once I knew I was not magnificent
high above the highway aisle
(jagged vacance, thick with ice)
I could see for miles, miles, miles

Fata 'El Moustache' Morgana


Engels, Frans, Duits en Nederlands: vroeger zag je woordenboeken van deze vier talen in alle boekenkasten opduiken, meestal van Kramers of Prisma. Of ze vaak gebruikt werden, durven we te betwijfelen, toch in de meeste huishoudens. In Amsterdam heeft een muzikaal vijftal die woordenboeken tot een welbestede investering gemaakt, getuige hun debuutalbum. Al deze talen worden met plezier gebezigd.

Fata 'El Moustache' Morgana, het klinkt niet meteen als een naam om grote internationale sier mee te maken, wegens te lang, te moeilijk en in deze tijden misschien ook iets te Arabisch klinkend. Je verwacht halvelings wereldmuziek, maar enkel binnen een brede definitie daarvan (en dan wordt alles wereldmuziek, niet?) klopt dat ook. Rouwig hoeven we daar niet om te zijn, omdat de mix die ze brengen van rock, funk, eighties electro, punk en disco behoorlijk opzwepend klinkt. Het klinkt ook allemaal veelbelovend voor wie deze band live aan het werk wil zien.

Lange songtitels zijn niet aan deze groep besteed, misschien wel omdat ze tijdens een optreden de vaart uit de set dreigen te halen. En vaart zit erin: opener 'Chantal', 'Car Crash', 'Wasted',... denderen allemaal als een opgefokte TGV voorbij. Het orgeltje dat in veel nummers doorklinkt, verzorgt een haast vintage te noemen toets. 'Rock & Roll' mag als ode aan het muziekgenre terecht de plaat afsluiten, en klinkt als het soort rock dat voor 1991 ('the year punk broke') slechts moeizaam de radio haalde. Bands als The Scabs en The Wolf Banes lijken opgestaan uit hun as, en het aandoenlijke Engels waarin gezongen wordt, leek de voorbije decennia bij lokale bands in onbruik geraakt. Dat ze geen doekjes winden om hun bedoelingen (vrouwen versieren met hun liedjes en uitstraling), mag trouwens blijken uit 'Hou me vast'. Zelden hoorden we een zanger zo rechtstreeks vragen: “Kan ik met je vrijen vannacht?”

Hebben we hier nu een belofte voor de toekomst in onze handen? Dat betwijfelen we, tenminste als je verwacht dat deze band uitgroeit tot een internationaal gewaardeerde indie act. Wel voorspellen we hen een mooie festivaltoekomst, want zowel kleine als middelgrote festivals houden van dit soort aanstekelijke muziek en sfeermakerij, ergens tussen onbekende openers en de headliners in. Fata 'El Moustache' Morgana klinkt ons te retro en heeft ook iets te weinig 'body' om veel meer te worden, maar dat neemt niet weg dat ze een fijn plaatje gemaakt hebben dat nooit misstaat in de platencollectie. En laat ons nu maar eens ons vertaalwoordenboek Duits zoeken, zodat we ten volle begrijpen waarover ze zingen in 'Konzept 1'...

Je vindt deze recensie ook hier op Indiestyle.be

16 september 2011

Inni

Na een wekenlange mysterieuze campagne maakte Sigur Ros bekend dat ze een live-dvd en dubbel-cd uitbrengen, Inni. Meer informatie vind je hier en je kan hier gratis het nummer Festival downloaden.

SIGUR RÓS - INNI from Sigur Rós on Vimeo.



Festival (live) (mp3)

Bestellen kan je hier.

13 september 2011

10 platen die zijn leven beïnvloedden : Vincent Coomans

De bijna 23-jarige Vincent Coomans, verantwoordelijke promotie en publiekswerking bij de Kortrijkse bib, is een bezige bij. Hij reviewt en interviewt voor Indiestyle.be, is medewerker bij de concertwerking Hypnoiz van het Ieperse JOC en sinds kort coördinator van Track Sessions, de Kortrijkse soon-to-be tegenhanger van La Blogothèque. Bovendien is hij zelf singer-songwriter, onder de naam J. Keens Balloon Flight.

We waren dan ook ontzettend benieuwd naar de 10 meest invloedrijke platen die hij koos... En dat het er uiteindelijk 12 werden, bedekken we met de mantel der liefde.


1. Hybrid theory – Linkin Park


Deze plaat markeert voor Vincent het begin van zijn passie voor muziek. Als prille puber luisterde hij aanvankelijk naar rap (2Pac o.a.) tot hij hoorde hoe Linkin Park de eerste band was die de brug sloeg tussen hiphop en rock. Daarna ging hij meer luisteren naar rock, onder meer de Metallica-platen van zijn broer.

Als jonge gast kon hij zelf de CD niet kopen dus moest hij creatief zijn en ze afwisselend lenen uit de bib en uit de collectie van het toenmalige lief van zijn broer. Later, toen hij daar wel toe in staat was, had hij al zoveel andere muziek leren kennen, dat het er niet meer van kwam. Hoewel het latere werk van Linkin Park hem niet meer zo interesseert Vincent, blijft hij deze plaat wel goed vinden.


2. Show your bones – Yeah Yeah Yeahs


Vincent had intussen de weg gevonden naar allerlei groepen die op podia als dat van Pukkelpop zouden staan, maar hij kende weinig mensen met eenzelfde muzieksmaak. Via allerlei fora kwam hij toch in contact met gelijkgezinden. Op Noxa.net leerde hij iemand kennen die naar Pukkelpop zou gaan dat jaar en zijn reactie (“je gaat toch zeker naar Yeah Yeah Yeahs kijken hé”) zou het begin blijken van de relatie met zijn huidige vriendin. Alleen al opener “Gold lion” vond Vincent zo straf dat het zijn uitspraak rechtvaardigde.

Als dat geen invloedrijke plaat is, weten wij het ook niet meer...


3. Admiral Freebee – Admiral Freebee


Eén van de eerste zelf gekochte CD's van Vincent was het debuut van Admiral Freebee. Aanleiding voor de aanschaf was de live-prestatie die hij had gezien van “Mediterrenean sea”. Wat Vincent vooral raakt, is hoe Tom Van Laere erin slaagt om in op zich weinig opmerkelijke verhalen toch veelzeggende observaties van de gevoelswereld rondom zich te laten groeien. Zo schrijft hij over mensen die bij elkaar blijven hoewel ze elkaar niet graag meer zien zonder in clichés te vervallen. In die zin doet hij tekstueel denken aan Bob Dylan, maar Admiral Freebee steekt er ook vaak een dikke knipoog in, zoals ook Alex Turner dat zo goed kan.

In die zin is Admiral Freebee een belangrijke inspiratie voor Vincent als singer-songwriter : niet alleen leerde hij erdoor nadenken over wat hij precies wil vertellen in een song, tegelijk zoekt hij ook manieren waarop hij er een luchtige twist aan kan geven.


4. New day – Absynthe Minded


Deze plaat werd werkelijk gekocht met zuurverdiende spaarcenten. Meer dan de naam herkennen van op allerlei fora was er niet nodig, en zonder een noot van de groep gehoord te hebben, kocht Vincent de plaat waar hij letterlijk honderden keren naar geluisterd heeft. Het was de eerste groep die hem echt aansprak, en hij zou hen later live zien op Dranouter.


5. The suburbs – Arcade Fire


De meest recente plaat uit het lijstje komt van Arcade Fire, een groep die hij als muzikant heel hoog in het vaandel draagt. Behalve geweldige muzikanten die heel wat instrumenten gebruiken in hun nummers, zijn ze ook een prachtig voorbeeld van een groep die het totaalaspect verzorgt : de looks, het artwork, de video's, de decors voor de optredens,... Alles klopt en ademt hetzelfde uit.

Met “The suburbs” hebben ze bovendien het verguisde genre “conceptplaat” weer krediet gegeven. De plaat omvat een thema (de terugkeer naar je kindertijd) die Vincent ondanks zijn jeugdige leeftijd ook heel erg bezighoudt. Ook hij vraagt zich vaak af hoe het nu gaat met de kinderen van 10 jaar geleden : oude klasgenoten en speelkameraadjes. Hoe zouden zij nu in het leven staan ? En vooral, hoe kijken zij terug naar diezelfde periode ?

Vincent voelt zich nog te jong om dit al in zijn muziek te verwerken, en bovendien heeft hij het gevoel dat hij daar op dit moment niets over zou kunnen vertellen dat niet al vele malen beter op dit album is verteld, maar wie weet, komt het er later -als hij thirty-something is- wel nog van...


6. Applause – Balthazar


De Kortrijkse band Balthazar heeft Vincent al meermaals live gezien. Toch herinnert hij zich nog heel goed de eerste keer : de band had net een eerste EP uit, won de Publieksprijs op Humo's Rock Rally en leek wat op Absynthe Minded. Geen wonder dat iedereen hen een gelijkaardig parcours als de Gentenaars voorspelde, maar Balthazar zou een zeer eigenzinnige band blijken, die net altijd kiest om tegen de stroom in te varen. Zo brachten ze hun debuutplaat niet uit toen iedereen dat verwachtte, maar schaafden ze er vier jaar lang aan en veranderden ze voortdurend hun nummers, om dan ineens onverwacht hun debuut uit te brengen. Voor Vincent, die al tussentijdse resultaten had gehoord, leek de plaat bij eerste beluisteringen wat tegen te vallen, maar na het album meer luisterbeurten te gunnen, was hij helemaal verkocht.

In een interview met de band hoorde hij hoe frontmannen Jinte Deprez en Maarten Devoldere ervan houden het gaspedaal net niet helemaal ingedrukt te houden. Zo verklaart hij wat hem in de band zo aantrekt. Bovendien stralen ze de eigenzinnigheid ook helemaal uit op het podium en hebben ze op die manier een heel nieuwe sound gecreëerd.

De band huldigt het do-it-yourself principe en bovendien is de hiërarchie heel duidelijk : 2 groepsleden houden de volledige controle over alles wat met de band te maken heeft en de andere muzikanten spelen als het ware in dienst, en stellen zich tevreden met die status.

Vincent vertelt dat dit een prachtig voorbeeld is van hoe hij zelf hoopt als muzikant te werk te gaan.


7. O – Damien Rice


Damien Rice is de ideale schoonzoon, die zich op het podium ontpopt tot een deugniet die zijn stout kantje naar boven laat komen. Hij schrijft bovendien erg mooie liedjes, en legt het er in de nummers soms vingerdik op. Hij gaat, ook in zijn podiumprésence, van ingetogen en sereen naar heel ruw, hard en stout en keert met evenveel gemak terug, en dat soms heel plots.

Vincent leerde hem kennen via een clipje waarin hij met een akoestische gitaar een echt rocknummer brengt (“I remember”). Bovendien was “Cannonball” één van de eerste liedjes die Vincent zelf leerde spelen op zijn gitaar. Zijn cover nam hij op en onder impuls van zijn vriendin zette hij dit op Facebook. De positieve reacties die hij daarop kreeg, trokken hem over de streep en gaven hem het zetje dat nodig was om verder te gaan met muziek en die ook naar buiten te brengen.

En als klap op de vuurpijl vertrouwt Vincent ons toe dat “The blower's daughter” een zekere emotionele waarde heeft.


8. The eraser – Thom Yorke


Thom Yorke is (zie verder) al altijd een idool geweest voor Vincent, maar deze soloplaat was toch zeer verrassend. En bovendien is het voor iemand die al volledig de lijn bepaalt bij Radiohead, moedig om helemaal onder eigen naam een plaat te maken en zichzelf zo kwetsbaar op te stellen. Thom Yorke zelf vond dat bepaalde nummers nu eenmaal niet pasten in de lijn van de ontwikkeling van Radiohead, al vindt Vincent dat daarover te redetwisten valt.

In ieder geval bewijst Yorke op deze manier aan zijn criticasters dat hij wel degelijk kan zingen en wel degelijk een begenadigd muzikant is. De durf om die confrontatie aan te gaan, is wat Vincent hieraan heel erg bewondert. En hij is ook maar al te blij dat dit niet het begin van het einde van Radiohead bleek...


9. Parachutes – Coldplay


Coldplay had Vincent, net als vele anderen, leren kennen via “The scientist”. Maar de kennismaking met de debuutplaat van Coldplay toonde hem waar deze band op zijn best toe in staat is : subtiele, geraffineerde, lo-fi muziek, nog niet bombastisch hoewel de nummers alle elementen bevatten voor een meer bombastische uitvoering.

Van deze plaat wordt hij echt rustig. Tijdens de examens zat hij vaak door zijn kamerraam te kijken naar de zonsondergang, en de plaat vormde (zelfs in tijdsduur) de ideale soundtrack daarbij.

Tot rust komen versus drukte : het is voor Vincent zelf ook een belangrijk thema in zijn leven en als muzikant tracht hij in zijn set voldoende rustmomenten in te lassen. Dat Vincent Coomans in zijn set ook ruimte maakt voor een - op hun debuutplaat gebaseerde - cover van "Life In Technicolor II" (uit "Viva La Vida…" ) is duidelijk een schreeuw naar de vroege Coldplay.


10. For Emma, forever ago – Bon Iver


Het was 2008. Vincent had net een Afrekenings-CD gewonnen op Studio Brussel. Tot zijn verrassing stuurde men niet de CD, maar een platenbon zodat hij die zelf zou kopen. Hij kocht er echter een plaat mee die hij op internet had gestreamd en waarvan de hele down-to-earth sfeer hem helemaal in de ban had. Bon Iver bracht immers een heel eigen stijl, die tekstueel vaak surrealistisch is. De songs lijken gebouwd rond zinnen die op zich zo fantastisch mooi zijn, en zo toepasbaar op allerlei situaties in het leven, dat ze gewoon een hele song er rond verdienen. De nummers worden zo een soort los-vast verband van zinnen rondom één kernzin van een ongelooflijke schoonheid. Dit album toont Vincent hoe één zin aanleiding kan zijn om een heel verhaal rond te bouwen, iets wat hij als singer-songwriter ook wil kunnen.

Bovendien raakte hij geïntrigeerd door het verhaal achter de plaat. Drie maand lang probeerde Justin Vernon zijn net afgebroken relatie te verwerken door in Wisconsin en Canada met een trailer rond te trekken en muziek op te nemen. Wonderbaarlijk is vooral hoe hij zijn gevoel ook daadwerkelijk ten volle weet over te brengen in zijn muziek.

Deze plaat noemt Vincent een ware steun als hij het moeilijk heeft, een plaat die hem troost biedt.


11. Whatever people say I am, that's what I'm not – Arctic Monkeys


Vincent was 16, 17 jaar en keek als puber op naar rebelse figuren. Hij vond die toen vooral in Oasis (“(What's the story?) Morning glory” haalde net dit lijstje niet) tot Alex Turner kwam. De plaat voelde als de perfecte muzikale uitdrukking van wie Vincent toen was, van de hele sfeer van zijn leven, van het “fuck it” tegen de wereld. Nog meer dan Admiral Freebee brengt Alex Turner met Arctic Monkeys dit alles met een dikke knipoog en verliest hij niet uit het oog om een verhaal te vertellen in alledaagse observaties.

De ultieme “tegendraadse” plaat bepaalde voor Vincent de muzikale jaren 2000, zoals voorheen “Nevermind” van Nirvana en de platen van Radiohead de jaren '90 hadden belichaamd.

Vincent steekt ook zijn bewondering niet onder stoelen of banken voor de productiviteit, gepaard gaande aan immense kwaliteit, van Alex Turner, één van zijn grootste muzikale helden. Met Arctic Monkeys, The Last Shadow Puppets, solo en in diverse samenwerkingen toont hij telkens opnieuw ongelooflijk talentrijk te zijn.


12. The bends – Radiohead


Vincents broer, 8 jaar ouder, was al langer helemaal weg van Radiohead. Diens favoriet nummer (“Street spirit”) vindt ook Vincent steengoed.

Intussen is deze plaat van Radiohead uitgegroeid tot de absolute voorkeursplaat van Vincent. Het is ook de plaat die hij het allermeest oplegt, vooral wanneer hij zich triestig voelt of te maken krijgt met een tegenslag. Voor Vincent is vooral het nummer “Bulletproof... I wish I was” de ideale muzikale vertaling voor hoe hij zich voelde bij de problemen thuis. Niemand -ook hijzelf niet- kon ooit beter uitdrukken wat diep in hem leefde. Hij leerde dan ook gitaar spelen om dit nummer te kunnen spelen.

Niet alleen slaagt Radiohead er in om telkens opnieuw verhalen uit het echte leven en voor het echte leven te vertellen, bovendien vinden ze zichzelf telkens opnieuw uit. Geen twee platen zijn hetzelfde bij Radiohead. Inhoudelijk is het verhaal dat ook al verteld wordt in “The bends” telkens de basis, maar de muzikale uitwerking is telkens helemaal anders. Radiohead probeert keer op keer eigentijds te zijn en heersende en opkomende trends te hanteren op een manier dat ze zich eigen maken en dat het toch opnieuw, hoewel iedere keer anders, onmiskenbaar Radiohead is.

Radiohead is daarom eigentijds en tijdloos tegelijk. Dat maakt hen de beste band ter wereld ! Het is één van zijn grootste, zoniet zijn grootste droom de artiest en persoon Thom Yorke ooit te ontmoeten of zelfs te interviewen.

11 september 2011

Lied van de week : week 36 - 2011

Days are forgotten - Kasabian



Geweldige britpop voor het huidige decennium, zo zou je de nieuwe single van Kasabian kunnen omschrijven. Het had een single van Hard-Fi kunnen zijn, uit hun eerste plaat (Stars of CCTV), maar het is dus werk van het al jaren onderschatte en schandelijk over het hoofd geziene Kasabian, dat met Where did all the love go (in 2010) en zelfs al in 2005 met Processed beats al eerder leuke singles wist af te leveren.

Je vindt dit nummer op Velociraptor, dat binnenkort verschijnt en hier al kan voorbesteld worden.

Lyrics :

aaaahh
aaaahahahahaaa
aaaahh
aaaahahahahaaa

hey son
I’m looking forward
you’re leaning backwards
of this I’m sure

have you had enough?
are you feeling rough?
does your skull hurt?
well if it’s warm

cos I am taking back what’s mine
I am taking back the time
you may call it suicide
but I’m being born again
I’m waiting

aaaahh
I’m waiting
aaaahahahahaaa
right here now
aaaahh
I’m waiting
for someone
or something
to take me
to take me over
days
days are forgotten
now it’s all over
simply forgotten
hail to the cypriot

home bred
I’ve got blood lust
feeding you bread crust
I leave no scar

you say I’m old hat
a fucking dirty rat
call me a cliche
how right you are

cos I am flipping bag of bones
I am righting all your wrongs
you may call it suicide
but I’m being born again
I’m waiting

aaaahh
I’m waiting
aaaahahahahaaa
right here now
aaaahh
I’m waiting
for someone
or something
to take me
to take me over

days
days are forgotten
now it’s all over
simply forgotten
hail to the cypriot

days
days are forgotten
now it’s all over
simply forgotten
hail to the cypriot

I saw something
I get on the dark
it’s the
you was at home
chewing on monkey brains

I am out her
I’m just a sillhouette
you will never
never ever forget

days
days are forgotten
now it’s all over
simply forgotten
hail to the cypriot

days
days are forgotten
now it’s all over
simply forgotten
hail to the cypriot

I saw something
I get on the dark
it’s the
you was at home
chewing on monkey brains

08 september 2011

Nijdrop concert : The Leisure Society

Laura Stevenson, die met haar begeleidingsband The Cans mocht openen in de Nijdrop woensdagavond, klinkt bij aanvang als een wat fragiele vrouwelijke singer-songwriter. Maar dan gooien de gitaristen en drummer alle registers open, en gaat ze er met schijnbaar gemak overheen. De krachtige stem die ze dan laat horen, imponeert door het contrast des te meer. Jammer genoeg blijkt het een kunstje : eerst rustig beginnen en dan een voldragen indierockgeluid neerpoten met forse vocale uithalen. De accordeon voegt enkele folky toetsen toe. Bijna een halfuur weet ze daarmee de aandacht van het publiek vast te houden, maar dan verslapt de aandacht toch. Bovendien slaagt ze er amper in echt in dialoog te treden met het publiek. Ondanks verscheidene pogingen krijgt ze amper respons.

Die respons krijgt The Leisure Society gaandeweg wel. De zes bandleden zien eruit als doodgewone, eenvoudige mannen en het excentrieke buurmeisje met dwarsfluit en een verassende platencollectie waar slimme jongens heimelijk verliefd op worden. Ze spelen geconcentreerd en toegewijd, maar dat maakt hun optreden geen academisch gedoe. Het spelplezier is zichtbaar en groeit doorheen de show, en ze starten hun eerste bisronde zelfs tussen het publiek, zichtbaar tevreden. Dat ze nog een tweede keer mogen terugkomen, verheugt hen echt.

The Leisure Society wordt vaak vergeleken met Fleet Foxes en Mumford & Sons. Dat is enigszins verwonderlijk, want van de meerstemmige harmonieuze samenzang is amper sprake bij dit zestal, en hun nummers zijn minder in folk gedrenkt dan die van Mumford & Sons. En toch, naarmate het concert vordert, kunnen we ons iets voorstellen bij de vergelijking : niet zozeer muzikaal, dan wel in de manier waarop ze zonder forceren het publiek voor zich weten te winnen, zijn er paralellen. De folkinvloeden zijn er trouwens onmiskenbaar, maar we horen toch ook een band die meer klassieke pop en rock weet te brengen, en daarbij nog het meest doet denken aan The Divine Comedy. The Leisure Society straalt immers métier uit : gitaren, bas, keyboards, drums, dwarsfluit, viool en ook de andere instrumenten worden zorgvuldig bespeeld en de nummers die vaak niet veel langer dan 4 minuten duren, zijn afgewerkt zonder afgelikt te klinken.

Ook de opbouw van de set is uitstekend. We krijgen na enkele nummers een eerste echt rustpunt met The last of the melting snow een nummer dat zelfs bij een eerste beluistering al vertrouwd klonk en waar we nooit een kwaad woord over zullen schrijven. Meteen daarna wordt er stevig ingevlogen met een bevlogen en opwindende cover van Me and Julio down the schoolyard. In gedachten zagen we Paul Simon instemmend knikken naast het podium. De recentste single, You could keep me talking sluit perfect aan en het publiek blijkt helemaal veroverd. De triomf eindigt een eerste keer bij A matter of time, het slotnummer van de reguliere set, waarvoor Laura Stevenson met twee van haar muzikanten mag opdraven.

Ze hadden het goed uitgelegd : er is in Engeland een traditie waarbij als de band het podium verlaat, het publiek langere tijd blijft applaudiseren, de band doet alsof ze al gedaan hebben en dan toch nog terugkomt voor een 'encore'. Het publiek had de les goed begrepen, en haalde hen zelfs twéé keer terug op het podium. Bij de eerste bisronde dwongen ze het publiek tot stilte en gericht luisteren, want zonder microfoons tussen de eerste rijen, draagt het geluid natuurlijk minder ver. De gesprekken achteraan de zaal verstomden even. Een tweede nummer werd opnieuw gewoon op het podium gespeeld, en voor een onverwachte tweede bisronde kwamen slechts twee bandleden terug, maar zij speelden het allereerste nummer dat ze ooit maakten, dat nooit verscheen op een album (wel als b-kantje). In Pancake day figureren zelfs Dr. Dre en Snoop Dogg.

Talrijk was het publiek niet, maar misschien komt ooit de dag waarop deze band de aandacht krijgt die ze verdient, en een tienvoud van de aanwezigen zal beweren hen hier in de Nijdrop gezien te hebben, “toen ze nog vrij onbekend waren”...


Je vindt deze review ook hier op Indiestyle.be

07 september 2011

They Might Be Giants


Het openingstrio van Join Us, de nieuwe worp van They Might Be Giants, is een staalkaart van wat je mag verwachten op dit album : van fantastische pop tot een alweer-vergeten-voor-het-gedaan-is niemandalletje.

They Might Be Giants herinnert u zich vast nog van Birdhouse In Your Soul en Istanbul (Not Constantinople) uit hun (relatieve) doorbraakplaat Flood. De band brengt pretentieloze pop gelardeerd met humor. Die humor is fijner dan die van The Bloodhound Gang, maar weet vaak evenzeer op de spiertjes te werken die een monkellachje tot een brede glimlach bewerkstelligen.

Terug naar het openingstrio: single Can't Keep Johnny Down is een heerlijke, haast perfecte popsong, die zich meteen nestelt in je oren en er nog moeilijk uit te krijgen is, en waarin de wat neuzelende zang van John Flansburgh dat typische TMBG-universum oproept. Enkele weken geleden was het hier nog "lied van de week", en het is echt zo'n nummer dat niet lang genoeg duurt... Dit is topkwaliteit, van hetzelfde niveau als het reeds eerder vernoemde Birdhouse In Your Soul. Het is een nummer dat in een rechtvaardige wereld een geheide radiohit wordt. You Probably Get That A Lot is gewoon goeie pop, en dit soort liedjes vormt het merendeel van dit album: goed zonder echt opvallend te zijn, zonder zwak moment, leuk om van te genieten maar ook wel een beetje dertien in een dozijn. En dan is er Old Pine Box, een nummer dat zelfs na meerdere beluisteringen alweer vergeten is een halve minuut na de laatste noot. Het niveau van het openingsnummer wordt op deze plaat nooit meer geëvenaard, maar gelukkig zijn de nummers van de derde categorie ook niet te talrijk. Wat overblijft, is dan ook een plaat met vooral simpelweg goeie popliedjes, en TMBG toont zich op zijn best wanneer ze muzikaal een wat breder spectrum aanboren en wanneer de stem van de zanger prominent genoeg is om de songs die geheel eigen kleur te geven.

De skip-toets kan soelaas bieden en uit de 18 nummers een selectie puren die een weliswaar korter, maar ook beter album had opgeleverd. Voor ons mogen daarin zeker niet ontbreken (naast het openingsnummer dus): Spoiler Alert waarin de mogelijkheden van 2 stemmen en stereo geëxploreerd worden, Canajoharie dat behoorlijk rechttoe-rechtaan blijft, Cloissoné en Protagonist die beiden wat meer jazzy klinken en het opnieuw heel straigthforwarde You Don't Like Me.

Strengere selectiecriteria bij de keuze van de liedjes had een hogere quotering opgeleverd, en nu blijft They Might Be Giants steken bij een album dat lekker wegluistert, enkele niemendalletjes bevat en één echt schitterende nummer telt. Op school hadden ze daarmee het klasgemiddelde gehaald, maar ook niet veel meer...

Je vindt deze recensie ook hier op Indiestyle.be

04 september 2011

Lied van de week : week 35 - 2011

Don't play no game that I can't win - Beastie Boys featuring Santigold



Subliem nummer ! Meer valt er eigenlijk niet te zeggen over de nieuwe van The Beastie Boys.

Behalve dan dat je hem ook vindt op het album Hotsauce committee part two, dat je hier kan kopen.

Lyrics :

It's hot here gotta say it's so
I got you right where I want
Got an honest face so you turn your back
When in doubt run up your attack
At one time you were slick and your grill was cold
And now funny how the shit gets old
You can run you can run but it will catch up
Like now see me I'll show you up
Now yo wanna get back when you had your shine
But you run you can run but it will catch up
Like now see me I'll show you up

Now you wanna get back when you had your shine
But you run the same thing every time when you rhyme
Can't stop won't stop no compromise
It's a house of cards built out of lies
Coming down like a bird floating on the mist
Turn on the track back track and twist
You work hard to climb the list
Twenty years of schooling and they put you on the day shift

I know the danger of a man (that's danger)
Who's been to hell and back again (danger)
Can't tell tomorrow from where he's been (that's danger)
Don't play no game that I can't win (danger)

You're caught now by the skin you're in
In a bind now your thoughts go to all your sins
Hits much harder back better count on that
I tell you what we know always holds us back
Now you mutter and you stutter and you putter don't stop
I got in your heart and I shook you up
In a bind now your caught by the fear setting in
Choked on the thought that you don't it again

Keep the competition in check
You draft your plans at your drafting desk
You try to play to win but now you lost
Like clams with no tartar sauce scheming in the attic
Thought you had it
So dramatic
I-Got the stats mathematics
Automatic-systematic
She's super bad now
Whatcha watcha want now?

I know the danger of a man (that's danger)
Who's been to hell and back again (danger)
Can't tell tomorrow from where he's been (that's danger)
Don't play no game that I can't win (danger)
Don't play no game that I can't win (danger)
Don't play no game that I can't win (that's danger)
Don't play no game that I can't win (danger danger)
Don't play no game that I can't win (that's danger)

I know the danger of a man (that's danger)
Who's been to hell and back again (danger)
Can't tell tomorrow from where he's been (that's danger)
Don't play no game that I can't win... (danger)

Don't play no game that I can't win
Don't play no game that I can't win