01 juni 2020

Mark Lanegan


Mark Lanegan is behoorlijk productief. Na Somebody's knocking vorig jaar is er alweer een nieuwe plaat, Straight songs of sorrow. Maar niet getreurd, de kwaliteit lijkt niet echt te lijden onder die hoge werkdruk (die hij zichzelf vermoedelijk oplegt). 
Zo goed als Blues funeral wordt het niet meer, maar behalve gelijkenissen (het begin van This game of love lijkt een iets vrolijker versie van The gravedigger's song) zijn er ook heel wat verschillen. Zo is de algehele teneur van deze plaat, ondanks de titel, toch minder zwaar dan dat geweldig album uit 2012. Dat mag verwonderen want je zou deze plaat kunnen beschouwen als de soundtrack bij zijn autobiografie Sing backwards and weep en dat is niet meteen een verhaal van bloemetjes en zonneschijn, van eenhoorns en regenbogen. 
Het maakt deze plaat heel persoonlijk, want hij putte uit de vragen die hij zich tijdens het schrijven stelde bij zijn eigen leven. Zo klinkt Bleed all over door zijn uptempo ritme en het niet langer hanteren van die echt diepe bas, die echt neerslachtig klinkende stem, zowaar -voor zijn doen- vrij luchtig al verraadt beluistering van de lyrics iets helemaal anders. 
In die zin lijkt het een beetje op de film Trainspotting: enerzijds krijg je een beeld van het glorieuze van de hoogtepunten in het leven van een drugverslaafde, anderzijds is het één langgerekt drama waaraan de hoofdpersonages zich op zeer destructieve wijze telkens weer onttrekken door die glorieuze momenten nog meer op te zoeken en steeds meer en dichter bij elkaar na te streven. Zo gaat het er ook aan toe op deze plaat: het leven van de junk Mark Lanegan leek avontuurlijk, meeslepend, glorieus, heldhaftig en vol actie maar daarachter gaapt een afgrond die afschrikwekkend steeds meer naderbij komt en erg diep blijkt.

Beluister hieronder het volledige album:

Geen opmerkingen: