24 juli 2013

Wolf In Loveland


Een aquarel van blauwe lucht boven een glooiend graslandschap is niet meteen iets wat wij associëren met een band uit Rotterdam. Wolf In Loveland tooit er de binnenzijde van de titelloze debuutplaat mee, en leidt met de opgeroepen sfeer de aandacht af van de grote stad waar de muziek gemaakt werd.
Vermoedelijk is dat ook precies de bedoeling, want de oorspronkelijk Zeeuwse muzikant Jan Minnaard drenkt de pen waarmee hij zijn composities schrijft diep in folkpop. In de promo worden vergelijkingen gemaakt met Iron & Wine, José Gonzalez en Angus & Julia Stone, doch dat vinden wij wat hoog gegrepen. Wél krijgen we fijne songs op ons bord, die ontdaan zijn van weerhaakjes en goed in het oor liggen. Het hoeft voor ons namelijk ook niet elke dag een moeilijke plaat van John Zorn en Mike Patton, of een concept-lp van The Mars Volta te zijn. Waar wij daarentegen bij beluistering van de elf kleinoden aan denken, is Douglas Firs in een lichtzinnige bui (On the road) of de minstrelen uit de jaren 60 waarvan Donovan wellicht de bekendste is. Opvallend is trouwens hoe dicht de stem van Jan Minnaard aanleunt bij die van Douglas Firs.
Dat Wolf In Loveland al eens wat steviger uit de hoek durft te komen, mogen we ervaren op Other side/Neon lights waarin de ellenlange jaren 70-gitaarsolo niet geschuwd werd, als mochten de Nederlanders Santana als gastmuzikant noteren in de liner notes. Buitenbeentje is overigens het anderhalve minuut durende instrumentale noise-experiment Reprise dat Sonic Youth-gewijs begint en stilaan vorm krijgt in een rockmelodie waar ze in het al eerder genoemde decennium ook hun hand niet zouden voor omgedraaid hebben.
De aquarellen hebben ons al voorbereid. Dit hoort eerder thuis in een lichtgewichtcategorie, toegegeven, waar Wolf In Loveland weliswaar geen mal figuur slaat.

U kan deze recensie ook hier lezen op Indiestyle.

Geen opmerkingen: