28 april 2013

Xiu Xiu + Eugene S. Robinson


Als luiheid des duivels oorkussen is, zal Jamie Stewart van Xiu Xiu er nooit zijn hoofd te rusten leggen. Nadat zijn groep vorig jaar het mooie album ‘Always’ uitbracht, vinden we hem in 2013 opnieuw in de platenbakken, in samenwerking met Eugene S. Robinson van Oxbow. Die laatstgenoemde band zal voor velen wellicht een vrij onbekende naam zijn. Dat Californische viertal is te situeren in de muzikale wereld van de avantgarde jazz, noise rock, hedendaags klassiek en blues. Behalve hun roots, hebben beide frontmannen een werkethiek om u tegen te zeggen én het schrijverschap gemeen.
Wellicht is ook Sal(vatore) Mineo een gezamenlijke interesse, want deze acteur verleende zijn naam aan het album dat zij ons schenken. Mineo werd vooral bekend voor zijn rol als tegenspeler van James Dean in Rebel without a cause, wat hem zijn eerste van twee Oscarnominaties opleverde. Bovendien bracht hij twee singles uit die beide in de Amerikaanse top-40 genoteerd stonden. In 1976 werd hij bij een mislukte beroving doodgestoken.
Drieëntwintig songs, variërend in lengte van nog geen halve tot drieëneenhalve minuut, experimenteren beide heren erop los. Soms, zoals in Strategic thermal unit, overheersen de geluidjes (dreigende drones versus bleeps), dan weer krijgen we een aan Tom Waits schatplichtig lied (The primary bell) en een andere keer ligt het gesproken woord gedrapeerd over grootstedelijke soundscapes (Sharp dressed man). De jaren ’80 komen al eens om de hoek loeren, onder meer in het korte Glass.
Het moge duidelijk zijn: dit is geen plaatje voor onervaren luisteraars. Avontuurlijke, getrainde muziekfans met een open geest en met de bereidheid alles wat ze menen te weten over Xiu Xiu achter zich te laten, worden getrakteerd op een niet altijd even consistente plaat, waarop quasi-toegankelijkheid bijna steevast gevolgd wordt door de moeilijkere happen. En zo maken ze het de luisteraar bepaald niet makkelijk, in een spel van aantrekken en afstoten. 

Je kan deze recensie ook hier lezen op Indiestyle.

Geen opmerkingen: