10 april 2013

OMD


Méér jaren tachtig dan de opener van het nieuwe album van Orchestral Manoeuvres In The Dark (OMD) is quasi onmogelijk: een robotstem die lijkt weggelopen uit Clouds across the moon van Rah Band draagt je op verdere instructies af te wachten. Het wordt meteen gevolgd door wat klinkt als vintage Kraftwerk, waaraan een weinig geïnspireerde zanglijn is toegevoegd (Metroland). Het zou in het genoemde decennium halfslappe was geweest zijn, en in het huidige muzieklandschap is het al helemaal gedateerd.
Nu de jongeren van toen volwassenen zijn in hun midlifecrisis en hun nostalgie makkelijk te lenigen valt met gekochte romantiek en herinneringen, is dit precies de valkuil waar de bands van weleer in dreigen te vallen: de muziek van toen maken vandaag betekent niet dat je eenzelfde kwaliteit haalt als destijds. OMD loopt met open ogen in die val, moeten we helaas besluiten na beluistering van deze plaat. De synthesizers die we te horen krijgen, belichamen zowat het slechtste uit de eighties. Denk dan, maar liefst niet te lang, aan Modern Talking en konsoorten. Nu ja, de eerlijkheid gebiedt ons te zeggen dat ze zelden zó laag vallen, maar wat OMD ervan bakt, is bij momenten ook wel een beproeving voor de luisteraar. Zo worden hetzelfde robotstemmetje en dezelfde Kraftwerkklanken bovengehaald in Kissing the machineOur system is te traag om enige levenstekenen te vertonen. Korte niemendalletjes als Decimal en Atomic ranch voegen werkelijk niets toe en we halen (bijna) opgelucht adem met The final song, omdat het einde eindelijk in zicht is. Met enige inspanning kunnen we Helen of Troy een eenzaam lichtpuntje noemen, dat een beetje aansluit bij het historisch thema dat ook al Maid of Orleans inspireerde.
Deze plaat is een beetje als je oude lievelingsjeans terugvinden en tot de ontdekking komen dat die omwille van de vele gaten ondraagbaar is geworden. Voor dit soort nostalgie passen we toch liever.

Je kan deze recensie ook hier lezen op Indiestyle.

Geen opmerkingen: