30 november 2011

Spotify


Jazeker, ook ik heb me laten verleiden door Spotify. De reclameboodschappen (voor Spotify zelf meestal) neem ik er voor lief bij, want wat je kan ontdekken aan mooie muziek is haast eindeloos.
Beschouw Spotify gerust als een
social music network, want je kan via je vrienden muziek leren kennen (uit hun playlist, of wat je ziet verschijnen op Facebook, waarmee het vaak gelinkt is, van waarnaar ze luisteren). De suggesties die Spotify zelf geeft van gelijkaardige muziek of artiesten is beter dan welke andere muzieksite die ik al bezocht, en dus is het een bron van eindeloos plezier om er muziek te streamen.

27 november 2011

Lied van de week : week 47 - 2011

Machu Picchu - The Strokes



De nieuwe single van The Strokes is, wat mij betreft, er weer pàl op ! Het begint allemaal heel erg eighties, dan komt de typische stem van zanger Julian Casablancas, en het nummer ontwikkelt zich tot een heerlijke popsong.

Je vindt dit nummer op het heerlijke album Angles, dat je hier kan kopen.

Lyrics :

I'm putting your patience to the test.
I'm putting your body on the line, for less.
Didn't you know there was a choice?
It's never yours but someone else's voice.

Selling your body to the street.
I'm selling your girlfriends to the night, for cheap.
Wearing a jacket made of meat,
Sealing a letter made with horses' feet
And now you've heard that...

Waves turn to grey.
Life in the shade.
A violent cloud,
And that's the USA
Platinum's on the rise,
Playboy's in disguise
I'm just trying' to find...
A mountain I can climb.

I'm putting your patience to the test.
I'm putting your body on the line, for less.
And didn't you know there was a choice?
It's never yours but someone else's voice.
And now you've seen that...

Blondes turn to grey,
Life in the shade
A violent cloud,
And that's the USA
Porn on the rise,
Psycho's in disguise
I'm just trying to find
A mountain I can climb.

Darling,
Ain't nobody gonna tell us,
They're gonna be oh so jealous
We're gonna be oh so silent,
They're gonna be stoned in silence

(I didn't want to ask you, baby
I didn't want to have to ask anybody, baby,
Is anyone asking maybe?
Can anyone even hear me?)

Why are you waiting by the door?

Life turns to dust,
And rain it turns to rust
Gossip is a truth,
And money pays for the lies we trust
Your love is a surprise,
Hopeless saints are in disguise
I'm just trying to find
A nice place for you and I

26 november 2011

Gelezen (42)

Mijn eerste "muzikantenbiografie" was geen onverdeeld succes.


Nochtans begon The Beatles: de definitieve biografie van Philip Norman heel veelbelovend. De biograaf slaagt er immers in tot bijna tweederde van het boek een mooie beeld te schetsen van wie The Beatles waren, wat ze deden, uit welke achtergrond ze als groep en als individuele personen ze komen en wat ze teweegbrachten. Hij neemt de tijd om alles goed uit te werken en je helemaal onder te dompelen in de sfeer en in hoe het was voor The Beatles zelf en hoe hun omgeving (tot de ruimere omgeving van het miljoenenpubliek toe) dat alles beleefde. Maar naar het einde toe verzwakt het boek enorm. Ineens gaat het tempo omhoog, wordt er veel minder stilgestaan bij (het ontstaan van) de muziek en wegen de zakelijke aspecten meer door en sluipen er duidelijke sympathieën en antipathieën in. Erger nog, ineens worden we ook geconfronteerd met (soms ergerlijke : Give peache a change i.p.v. Give peace a chance) fouten (al liggen die deels aan de uitgever van de vertaling, vermoed ik, die minder zorgvuldig zijn werk lijkt gedaan te hebben). En zo eindig je het boek met het gevoel van een kater : eerst wel heel goed doorgezakt, maar nu met een houten kop.


Toneel lezen is altijd een beetje moeilijk. Niet alleen wordt er (uiteeraard) op een heel andere manier geschreven en verloopt het lezen moeilijker (je moet bijna voor jezelf met verschillende innerlijke stemmen proberen lezen om goed te onderscheiden wie wat zegt), maar je voelt natuurlijk de hele tijd dat toneel vooral gezien en gehoord moet worden. Maar anderzijds : sommige toneelwerken kan je niet altijd écht gaan zien, en als je het verhaal wil kennen, is lezen een mogelijkheid. En het kan ook enorm meevallen (Ten oorlog van Tom Lanoye heb ik nooit gezien, maar wel met veel plezier gelezen!).
Drie zusters van Anton Tsjechov is een toneelstuk waar ik al veel goeds over hoorde, maar nog nooit de kans had te zien. En dus wou ik het lezen. Jammer genoeg viel het me tegen. De moeilijkheden van toneel lezen overheersten het leesplezier van een goed verhaal, en ik bleef ook de hele tijd missen welke richting het verhaal nu eigenlijk uitgaat en welke "les" erin verborgen zit.

20 november 2011

Lied van de week : week 46 - 2011

Curbside - James Blake


Ik was niet helemaal weg van Limit to your love van James Blake, in tegenstelling tot heel wat mensen die ik ken. Maar ik hoorde deze week een nieuw nummer, van de EP die in december schijnt te zullen verschijnen. Het deed me een beetje denken aan Rose rouge van St Germain en aan The man with the red face van Laurent Garnier, vooral omwille van de jazzy blazers, maar het nummer bevat zoveel meer, en het bleek een zeer bedwelmend en bezwerend nummer... Vooral de drums kunnen me zeer bekoren.

17 november 2011

Gezien : Elle ne pleure pas, elle chante


Dankzij Urgent mocht ik gisterenavond gratis naar de avant-première van de film Elle ne pleure pas, elle chante. Laura, een jonge vrouw, krijgt daarin de kans zich te wreken op haar vader, die in coma ligt na een verkeersongeval, voor het onrecht dat hij haar aandeed toen ze klein was. Verder zien we hoe ze zich verhoudt tot haar broer, haar moeder en haar twee minnaars, en hoe daarin de incest en het taboe dat erop rust, een bepalende rol speelt.
Je zou deze film een soort Franse weekendfilm kunnen noemen. Typisch Frans is dat er veel gepalaverd wordt, dat het tempo traag is en dat de grote thema's niet geschuwd worden. Jammer genoeg wordt het onderwerp (sexueel misbruik) op een nogal clichématige wijze benaderd, waarbij weliswaar de aspecten er allemaal in zitten, maar ze nogal uit het handboek lijken te komen. Bovendien is het einde van de film (de regisseur, die aanwezig was, vertelde dat hij het einde veranderd had van het boek waarop hij zich gebaseerd heeft, een écht verhaal van een incestslachtoffer) zo ongeloofwaardig dat de film dan helemaal in elkaar zakt. Heel veel gemiste kansen dus, en dat levert een film op die ik eigenlijk niet zou aanraden...

14 november 2011

Grote Twitteractie van Eva Mouton


Eva Mouton, van wie mijn kinderen elk een leuke button hebben en van wiens samenwerking met Kapitein Winokio we alle drie helemaal weg zijn, heeft een grote Twitteractie lopen.
Stuur je pasfoto naar evamouton@gmail.com en ze maakt je een mooie getekende profielpic, die je op 14 december ontvangt. Doel is haar magazine
"Kopstoot" te promoten. Alle info vind je hier.
Doen!

13 november 2011

Huisconcert : The Bony King Of Nowhere (+ Love Like Birds)

In de huiskamer van Pieter speelde zaterdagavond Love Like Birds (het alter ego van Elke De Mey) een haast gefluisterd, erg verlegen voorprogramma. De jonge zangeres voelde zich, zonder ruggesteun van de contrabassist waarmee ze de laatste tijd repeteert, nogal naakt voor het vrij talrijke publiek. In de bindteksten was ze amper hoorbaar, en ze zong ook maar net boven haar gitaar uit. Dat is een beetje jammer, want deze singer/songwriter heeft best wel mooie liedjes in de aanbieding.


The Bony King Of Nowhere zag ik eerder al in een huiskamer, en later ook nog eens met volledige band in JH Nijdrop. Intussen ken ik zijn tweede album "Eleonore" al bijna een jaar. Ook hij lijkt tussen de nummers door behoorlijk verlegen, beschrijft zichzelf als niet zo goed met woorden, maar eens hij de snaren van zijn gitaar beroert, gaat er van zijn stem een kracht uit die contrasteert met de zachtheid die hij erin kan leggen en de tristesse die vaak doorschemert. The Bony King Of Nowhere kan putten uit twee albums én een sooundtrack, en stelde een rijke setlist samen, met al vroeg "Alas my love" en "Girl from the play", twee van mijn persoonlijke favorieten. Tussendoor vertelde hij over de nieuwe oude gitaar die hij bespeelde (een gitaar uit 1966, met het logo van NASA, waarbij hij bekende dat hij zichzelf ervan overtuigd heeft dat ze de gitaar van een astronaut is) en over hoe "My invasions" zijn levensnummer is waarvan hij zelf pas een half jaar later snapte waarover het gaat. Hij eindigde zijn reguliere set met een cover van "Harvest" van Neil Young, een nieuw nummer én een prachtig "Mother".


Na overweldigend applaus kwam The Bony King Of Nowhere terug voor een korte bisronde. Die startte hij met een nagelnieuw ("gisteren en vandaag geschreven") nummer, dat zeer kon bekoren. En daarna vertelde hij dat hij een half jaar gewerkt had aan het laatste nummer, en het afgewerkt had de avond dat Michael Jackson stierf. "Het verdient gespeeld te worden als ik er een half jaar over gedaan heb om te schrijven," zo leidde hij "Eleonore", titelsong van zijn tweede album in.

11 november 2011

Charlatan concert : Urge Overkill


Het is eigenlijk een beetje vreemd dat Urge Overkill, dat donderdagavond optrad in de Charlatan in Gent, het meest bekend geworden is met de Neil Diamond-cover Girl, you'll be a woman soon (een nummer dat ze overigens niet in hun setlist hadden opgenomen). Want we kunnen alleen maar concluderen dat hun relatief tragere nummers het minst geslaagd blijken.

Hoewel ze nog maar net een nieuw album onder de arm hebben, 16 jaar na Exit the dragon en 6 jaar na hun vorige tournee, besloten ze wijselijk voornamelijk te kiezen voor nummers uit hun eerdere albums, waarbij Saturation en Exit the dragon het meest aan bod kwamen. Uit het nieuwe album werden overigens enkel de eerste vier nummers geselecteerd...

Somebody else's body bleek met verve de sterkste song te zijn uit dit vitaal optreden, waarin de Amerikanen stomende college rock brachten waarbij horen en zien je soms vergingen. Maar ook The break en afsluiter van de bisronde, Last night / Tomorrow, bleken zeer opzwepend. Uit het nieuwe album konden enkel Rock&Roll submarine (de titelsong van die plaat) en Poison Flower dat niveau benaderen.

De band speelt in een klassieke bezetting, met 2 gitaristen die duidelijk op de voorgrond treden en elkaar afwisselen in het opeisen van de hoofdrol, een bassist en een drummer die zijn glimmend rood drumstel folterde als was het een vermeende Al Qaeda-terrorist. Vooral de langharige Nash Kato gedroeg zich superenthousiast en bewierookte het publiek, en hij nam het merendeel van de (weinige, en korte) bindteksten voor zijn rekening.

Hoewel de band door het proeven van succes misschien wel op grotere zalen hoopt, blijkt een zaal als de Charlatan ideaal om hun alternatieve rock volledig tot zijn recht te laten komen. Feestjes van studentenvereniging stellen we ons als natuurlijke habitat voor bij dit soort muziek, en Urge Overkill is de enige echte terechte ceremoniemeester.


Setlist :


  1. Effigy

  2. Positive bleeding

  3. Poison flower

  4. Erica Kane

  5. Take me

  6. Somebody else's body

  7. Rock & roll submarine

  8. Vacation in Tokyo

  9. Woman 2 woman

  10. The candidate

  11. Back on me

  12. Bottle of fur

  13. The break


  1. Mason / Dixon

  2. Heaven 90210

  3. Last night / Tomorrow


Je kan deze recensie ook hier lezen op Indiestyle.

10 november 2011

Man... Or Astro-Man?


Herinnert u zich nog The Jetsons? Nee, dat is geen obscuur bandje uit de jaren '80, maar een tekenfilmreeks van Hanna-Barbera, u vooral bekend van The Flintstones. Wat zowel The Flintstones als The Jetsons zo leuk maakte, was dat hedendaagse (nu ja, in de jaren '60, '70 en '80 van de vorige eeuw) thema's en gewoontes gewoon getransponeerd werden naar respectievelijk de prehistorie en de verre toekomst.

Stel dat wij de soundtrack mochten samenstellen bij The Jetsons, we kozen ongetwijfeld voor Man... Or Astro-Man?, het geschifte combo rond (hou u vast!) Star Crunch, Birdstuff en Coco the Electronic Monkey Wizard. Geschift noemen we hen liefdevol en met bewondering, want deze heren uitrichten met oude science-fiction, soundbites uit TV-programma's die niemand zich nog herinnert en surf rock, grenst aan het buitenaardse...

Eén EP uit 1994 (Your weight on the moon) en 2 7”-releases uit 1993 en 1995 (Mission into chaos en Return to chaos) worden nu heruitgebracht op één album, dat de titel van de EP meekreeg.

Alles begint al met een stem die commentaar levert bij de countdown van een raketlancering, en dan zetten surfgitaren in, aan een rotvaart bovendien. De meeste nummers zijn, geheel naar surfrock traditie, instrumentaal, dus het meezingen wordt verruild voor het uitbundig luchtgitaar spelen. Want aanstekelijk is het allemaal in hoge mate. En er mag, veronderstellen we, ook al eens gelachen worden, tenzij alsnog zou blijken dat ze het ménen met songtitels als Special Agent Conrad Uno, Electrostatic brain field en F=GmM(moon)/r². Die laatste wiskundige formule verwijst blijkbaar naar het berekenen van “your weight on the moon”...

In Destination Venus wordt gezongen door iemand die klinkt als een kruising tussen Kim Gordon van Sonic Youth en een man die in een hoekje amper aan de microfoon kan. In tegenstelling tot die planeet, is pretpunk niet veraf. En het is nog een keer schrikken wanneer de band ineens het ritme vertraagt voor wat een surfballad mag genoemd worden: Within a Martian heart. Dit soort tragere surf was ook behoorlijk populair in Pulp fiction, zo herinneren we ons nog levendig.

Afgesloten wordt er met een wel heel eigenzinnige cover van Goldfinger (we durven er om wedden dat het geluidsfragment waarmee het nummer inzet, uit de gelijknamige Bondfilm komt).

Reissues zijn niet altijd makkelijk te beoordelen, omdat je eigenlijk met de oren van toen zou moeten kunnen luisteren, maar we aarzelen niet om te beweren dat dit een goeie introductie tot Man... Or Astro-Man? is, of tot surfrock voor al wie daar nog niet eerder mee kennismaakte. De weirde combinatie van oude science-fiction en uit vroege rock 'n roll geboren surfmuziek werkt! En nu we in de stemming zijn, gaan we nog eens enkele afleveringen van The Jetsons bekijken...

Je kan deze recensie ook hier lezen op Indiestyle.

09 november 2011

Balmorhea

Vorig jaar was ik er niet bij, en ook dit jaar moest ik door omstandigheden het concert missen dat Balmorhea gaf in de Sint-Elisabethkerk in Gent. Van hun eerste concert daar, op 12 november 2010, maakten ze opnames en die bracht hun platenlabel, Western Vinyl, uit.
Vandaag ontving ik mijn exemplaar, en ik heb intussen al meerdere malen geluisterd. Ik kende hun plaat
Constellations al, maar nog werd ik van mijn sokken geblazen door de intensiteit van het concert dat ze in die prachtige kerk gaven (waar ik ook al andere artiesten aan het werk zag...).


Uit de plaat biedt de platenfirma het nummer
Untitled (mp3), zodat u alvast ermee kan kennismaken...
Je kan het album hier bestellen.





Truth



Clamor

10 platen die zijn leven beïnvloedden : Stefaan Decroos

Stefaan Decroos is een 34-jarige leraar gedragswetenschappen en leerlingbegeleider, die sinds 2009 op zijn eentje I Do I Do vormt. Hij leerde op zijn vijftiende gitaar spelen, speelde in geboortestad onder meer bij Land, waarmee hij in 2002 de finale van Humo's Rock Rally haalde.
I Do I Do bracht intussen al 2 albums uit (None in 2007 en More light in 2010) en intussen wordt er volop gewerkt aan een volgend album, dat wellicht helemaal instrumentaal wordt.
Hij selecteerde voor ons 10 platen die zijn muzikaal leven beïnvloedden.

1. Daar zijn de smurfen weer – Conny Vink

Naar deze kinderplaat heeft Stefaan erg vaak geluisterd. Wie I Do I Do een beetje kent, zou dit misschien niet in zijn lijstje verwachten, maar Stefaan schetst ons hoe zijn ouders vooraanstaande leden waren van de plaatselijke carnavalvereniging en zelfs koning en koningin werden van een carnavalsorde. Tussen alle carnavalmuziek kwamen ook de Smurfen aan bod, en nog steeds vindt hij dat dit eigenlijk heel goeie muziek is. “Alle nummers kloppen gewoon,” vertrouwt hij ons toe, “en je hoort dat met veel liefde en zorg aan de arrangementen is gewerkt.” Het verschil met sommige hedendaagse kindermuziek (om Studio 100 niet te noemen) is groot, en het hoeft dan ook geen verbazing te wekken dat deze plaat nu ook de lievelingsplaat is van zijn driejarig dochtertje.
Ook de songtitels verbazen : “Groene Peter van Mars” roept haast psychedelische beelden op, en -gezien zijn beroepsactiviteiten misschien niet verrassend- ook “Het mooiste van de schooltijd is de vakantie” is een persoonlijke favoriet van Stefaan.

2. Kamiel in België – Raymond van het Groenewoud

Live-platen zijn een moeilijke zaak, aldus Stefaan. Toch weet deze live-registratie uit de toernee die Raymond maakte, van studentenvereniging naar studentenvereniging, uit te blinken. Het luidruchtige publiek en de interactie van Raymond daarmee, maken dat je als het ware meteen tussen het publiek zit, en daarom vat deze plaat zo goed wat een optreden kan zijn.
Hoewel het niet echt een kinderplaat was, luisterde Stefaan als kind hier vaak naar, meestal op de cassette in de auto van zijn vader. Het is een echte rockplaat, vol klassiekers die ook vandaag nog door velen gekend zijn.

3. Let me come over – Buffalo Tom

Van alle Buffalo Tom-platen in zijn platenkast, is dit het meest gedraaide album. Terwijl de grunge helemaal losbrak, luisterde hij hier eindeloos naar en identificeerde Stefaan zich heel sterk met zanger Bill Janovitz. Kurt Cobain vond hij immers te excentriek en te mooi, maar Janovitz was een gewone jongen uit de straat, die aantoonde dat jij en ik ook rocksterren kunnen worden.
I Do I Do zou als trio starten, in eenzelfde bezetting als Buffalo Tom. Bovendien zouden ze een plaat opnemen in Boston, bij producer Paul Kolderie (van Fort Apache), die behalve met Buffalo Tom (hij produceerde “Let me come over”) ook nog werkte met The Lemonheads, Morphine, Radiohead, Hole (als producer) en als engineer voor Pixies, Come, Dinosaur Jr, Warren Zevon,...
Stefaan is nog steeds helemaal weg van het geluid van de gitaren, met laag op laag, tegelijk ruw en poppy. Dat ook de hoesfoto's en zo vooral gewone, haast dagelijkse taferelen lieten zien, versterkte het beeld van de gewone jongens die een steengoeie plaat konden maken.

4. Don't ask, don't tell – Come

Chris Brokaw, frontman van de band Come, zou een belangrijke rol spelen in het muzikale leven van Stefaan Decroos. Hij was de man die hem in contact had gebracht met Paul Kolderie, waardoor I Do I Do in Boston met hem als producer kon werken, en hij blijft nog steeds de absolute muzikale held van Stefaan.
Come was een nineties indie rock band die eigenlijk veel bluesakkoorden speelde (alles in mineur) met een heel donkere flow. Zangeres Thalia Zedek klonk als een man (het duurde lange tijd eer Stefaan wist dat zijn favoriete nummers eigenlijk door een vrouw werden gezongen). Volgens Stefaan zit op deze plaat gewoon alles absoluut goed: de drums, de bas en zeker de gitaar. Ze slagen erin om twee gitaren als één te laten klinken.
Voor hem is dit dé beste rockplaat ooit, die jammer genoeg bij ons onder de radar bleef, hoewel Come in Boston wel nog steeds geldt als dé band van de jaren '90.

5. Blood on the tracks – Bob Dylan

Toen Stefaan zo'n 20 jaar oud was, leerde hij Bob Dylan kennen. Dylan spreekt hem als verteller enorm aan. Hij slaagt erin om -hoewel hij in de 3e persoon vertelt- doorheen al zijn personages toch iets fundamenteels prijs te geven over wie hij is. Dylan slaagt er ook in om beelden te creëren, en je ziet bij een beluistering van zijn platen eigenlijk een heel verwarrende film voor je ogen.
Geen wonder dus dat Stefaan een zware Dylanfan is, die andere mensen wel eens durft af te meten aan hun liefde voor Dylan.
Deze plaat geldt voor hem als de meest autobiografische plaat. In 1975 leek het voorbij te zijn voor Dylan, en bovendien was er net de breuk met zijn vrouw Sara. Hoewel Dylan zelf ontkent dat de nummers autobiografisch zijn, zijn er heel veel aanwijzingen dat dit toch zo is...
Door de open D-tuning op alle nummers, is er één overheersende, bindende klank, die Stefaan enorm aanspreekt.

6. Exit the dragon – Urge Overkill

Deze rockplaat, die er echt wel spuuglelijk uitziet (zo vertrouwt hij ons toe), leunt erg dicht aan bij The Rolling Stones, en klinkt als een duiveluitdrijving door de band die de meeste mensen kennen van “Girl, you'll be a woman soon” (uit de soundtrack van Pulp Fiction). Stefaan bezweert dat Urge Overkill dingen doet die geen enkele andere band doet, al geeft hij toe dat je er moeite voor moet doen om ten volle de rijkdom van de plaat te waarderen. Volgens hem lijkt de plaat eerst niet zo supergeweldig en vooral veel te lang, maar als je goed blijft luisteren ontdek je dat ze van op zich matige ideeën toch iets speciaals weten te maken.

7. Selected ambient works 85-92 – Aphex Twin

De eerste beluistering van dit album was in het leegstaand ouderlijk huis, en blijft Stefaan daarom zo sterk bij. De aparte akoestiek van een leegstaand huis en de emotionele geladenheid van het moment vielen zo voor Stefaan samen met zijn eerste kennismaking met instrumentale muziek. En toch, zo benadrukt hij, zijn het echt wel allemaal echte songs.
Geïnspireerd door Aphex Twin werden “cut and copy” en keyboards binnengebracht in het palet van Land, de groep waarmee Stefaan uiteindelijk zelfs deelnam aan de Rock Rally.

8. Death chants, breakdowns and military waltzes – John Fahey

We hadden het Stefaan Decroos bij een concert van I Do I Do al eens eerder horen vertellen, hoezeer hij beïnvloed was geraakt door John Fahey. En ook tijdens dit gesprek bevestigt hij dat Fahey voor hem op dit moment de belangrijkste muzikant is in zijn leven.
John Fahey, die nooit echt bekend werd -al was hij enorm invloedrijk voor een hele generatie gitaristen-, maakte al in de jaren '50 en '60 muziek. Eind 2008 zou Stefaan hem ook ontdekken, en het is de “laatste muzikale aardverschuiving” die hij gehoord heeft. Fahey getuigt van de meest consequente koppigheid, doet nergens ook maar een inspanning om wie dan ook te overtuigen en het hoeft dan ook niet te verbazen dat hij nooit rijk en beroemd werd. Hij schijnt zelfs een heel dramatisch levensverhaal gekend te hebben, en hij stierf in 2001, geveld door een combinatie van ziektes en alcohol, na een hartoperatie.
Wat Stefaan zo aantrekt in de muziek van John Fahey, is -naast de al eerder genoemde koppigheid- dat alles eigenlijk klinkt als heel eenvoudige “kindermelodieën” die vermoedelijk allemaal in één take opgenomen zijn. Niemand klinkt zo diep als Fahey. Stefaan leerde via Fahey de fingerpickin' stijl kennen en spelen en heeft nu al 3 jaar geen electrische gitaar meer gespeeld, en kiest meer en meer voor instrumentale muziek, zoals zijn grote voorbeeld.

9. Third (Sister lovers) – Big Star

Het derde album van Big Star, simpelweg “Third” (intussen ook gekend als “Sister lovers”), mocht ook niet ontbreken in dit lijstje. De band van Alex Chilton (die op zijn 16e al een wereldhit -”The letter”- had met The Box Tops) had al 2 vrij poppy en vrolijke platen gemaakt, maar dit album klonk heel anders. Het was een zeer ecclectische plaat, met regelrechte “onnozeliteiten” en trage ballads. Hoewel ook wel sterk Beatlesgericht, is dit toch een plaat waar je duidelijk meer moeite moet voor doen om ze tot haar recht te laten komen.
Voor Stefaan persoonlijk was dit eveneens de plaat die een sterke rol speelde in de verwerking van een belangrijk verlies.

10. Crooked rain, crooked rain – Pavement

Op de middelbare school, in wat je als het plaatselijk jeugdhuis zou kunnen omschrijven, hoorde Stefaan Pavement. “Cut your hair” sprak hem meteen heel sterk aan, en Pavement zou hem daarna blijven “achtervolgen”.
De plaat bevat enkele nummers die haar echt tot een hoger niveau tillen. Wat Stefaan in deze ultieme slackerplaat vooral aanspreekt, zijn de grappige teksten (vaak erg associatief) en de attitude die de plaat uitstraalt: alles kan!

Als uitsmijter geven we u alvast nog een liedje mee dat I Do I Do gratis aanbiedt op hun website :

Dakota Suite


Dakota Suite heeft ons al eerder enkele prachtige platen, steevast verpakt in stijlvolle zwart-wit hoezen, geschonken, maar wie Quentin Sirjacq is, hebben we toch even moeten zoeken. De Franse pianist en componist blijkt zwaar beïnvloed door Satie, Ravel en jazz, en werkte onder meer met Fred Frith samen.

De samenwerking tussen de Fransman en de Brit Chris Hooson (de man achter Dakota Suite) is niet hun eerste, en levert ditmaal een dubbelaar op die meandert tussen Michael Nyman (de meesten wellicht bekend van de soundtrack van The piano) en David Sylvian. Haast verstilde en verstillende piano-excursies (een toepasselijker woord vonden we niet), aangevuld met een kwartet strijkers, en af en toe de stem van Hooson: méér bevat deze dubbelaar in essentie niet. Maar dat is ruim voldoende. In Where the tears go, het tweede nummer op CD 1 (en het eerste waarin gezongen wordt), komt Hooson akelig dicht in de buurt van Sylvian, iets wat hij jammer genoeg op de verdere gezongen nummers niet meer weet te evenaren.

The side of her inexhaustible heart is bijna 80 minuten lang een ontdekking voor de melancholische luisteraar, die avond na avond naar podcasts van Duyster luistert (al kent die Dakota Suite vermoedelijk al lang), en levert hits noch hapklare radiobrokken op. Dat hoeft natuurlijk ook niet, maar de kracht van Dakota Suite is meteen ook de beperking: een groot publiek zal dit wellicht nooit opleveren, een trouwe schare fans wél.

Want wij zijn heel erg te spreken over de kwaliteit van de muziek, én over de consistentie van de plaat. De kale composities, de herfstachtige zang en de mistsluiers die door de strijkinstrumenten over het geheel gedrapeerd worden, vormen een rode draad doorheen dit werkstuk, dat jammer genoeg over twee discs gespreid moest worden.

We vinden nochtans niet dat dit album te langdradig is, of dat er noten teveel op staan. Het is enkel zo dat ons luisterplezier helemaal àf had geweest indien we niet (ongeveer) halfweg de cd in de cd-lader moesten wisselen, waardoor een pauze ontstaat die eventjes de sfeer breekt. En als we u dus een tip mogen geven: pleur de cd op Ipod of mp3-speler zodat u alle 16 nummers integraal en ononderbroken kan beluisteren. Dat kan u doen onder uw favoriete treurwilg in het herfst- of winterpark, ver van de bewoonde wereld, waar een mistroostige eend liever met de ganzen mee naar het zuiden was vertrokken, of op uw zolderkamertje waar uw onbetaalde electriciteitsrekeningen de duisternis al vroeg inluiden omdat u uw oude stereo verkiest boven het schijnsel van een eenzaam peertje.

Je vindt deze recensie ook hier op Indiestyle.

08 november 2011

Lied van de week : week 45 - 2011

This I've heard - New Hands




Binnengewaaid in mijn mailbox en meteen heel erg weg van : het vijftal New Hands bracht zonet een eerste liedje uit, This I've heard, en het klinkt alsof onze jeugdjaren door een fout in het tijd-ruimtecontinuum opnieuw voor de deur staan. Zelden hoor je de jaren '80 zo actueel als in dit fijn plaatje, dat de band bovendien ook nog eens gratis weggeeft...






Lyrics :

Life is full of farmers sowing gold

Where nobody will act just like you told them to

Where everybody’s pining to be groomed

Where nobody’s not dying just to read their tomb

Where history’s a game of telephone

Where nobody is yours until you take them home

Don’t need to agree, it’s not that, can’t you see?

Just listen

Life is full of farmers sowing gold

And nobody will act just like you told them to

And everybody’s dying to be groomed

And nobody’s not pining just to read their tomb

And history’s a game of telephone

And that girl’s not your girl until you make her moan

Don’t need to agree, I don’t care, can’t you see?

Just listen

This I’ve heard and this is what I said

I can’t take my voice if it’s not in your head

You can shed your tears but I won’t cry

I was afraid of death but no, machines don’t die

And I will kill a man if I am told

As orders are the only thing that makes me bold

And everyone’s full, or they’re running out

Except me, I’m incomplete

And they don’t care for what you want to show

As everything you’ve learned is just a thing to know

And you’ve been broken, burnt, now you’re between

Going all the way with them or coming clean

And honestly I’ve said it all so please

Place me on a pedestal or on my knees

Cause I can’t stand myself, ‘less I’m standing on you

And that’s the truest thing I’ve ever said

03 november 2011

Simple Simon

Deels is mijn interesse gewekt omwille van mijn werk, maar het lijkt me ook gewoon een heel leuke film:



Ga Simple Simon zeker eens bekijken, vanaf 16/11 is hij te zien!

02 november 2011

Mom+Pop


Het indielabel Mom+Pop uit New York, dat o.m. Tired Pony, Andrew Bird, Metric, Sleigh Bells en Tokyo Police Club herbergt, brengt via Noise Trade, een platform voor het gratis (of tegen een vrije bijdrage) aanbieden van muziek, een staalkaart van hun catalogus aan de man en vrouw. Dit is alvast ook al een voorproefje van wat het label te bieden heeft :

Je kan hier de compilatie downloaden.

Errors

Ik ben wel weg van het eerste nummer dat de Schotse band Errors op ons loslaat, als voorbode van hun in januari te verschijnen album Have some faith in magic. Afgaand op wat we te horen krijgen op Earthscore zou dat wel eens een interessante plaat kunnen worden.





Earthscore
(mp3)



Je kan de plaat hier alvast bestellen.

01 november 2011

Vrouwelijke fans Gotye teleurgesteld

Het concert van Gotye in de AB op 30 oktober was een groot succes, zo kon je overal lezen.
Toch bereikten ons ook heel wat berichten van teleurgestelde (voornamelijk vrouwelijke) fans, die zich er toch meer van voorgesteld hadden. De hooggespannen verwachtingen hadden natuurlijk te maken met het succes van Somebody that I used to know. Die geweldige single én de bijhorende clip hadden heel wat fans warm gemaakt voor het optreden, waardoor het concert door kon gaan in een overvolle concertzaal.
Blijkens deze foto's trad de man echter NIET naakt en beschilderd op, en dat blijkt de kern te zijn van het betoog van o.m. de zwaar teleurgestelde Cindy: "Weken had ik er al naar uitgekeken. Dagelijks bekeek ik de clip op YouTube meerdere keren, en ik mag wel zeggen dat ik zijn lichaam, ondanks de lagen verf die erop aangebracht zijn, beter ken dan dat van mijn ventje. Je kan je wel voorstellen dat ik dan ook erg ontgoocheld was met het simpele rood-witte T-shirt dat Gotye aan bleek te hebben. Nu ja, eerst dacht ik nog dat hij Somebody that I used to know waarschijnlijk wel als laatste nummer zou spelen, en dat dan de apotheose alsnog plaats zou vinden." Shanya vult aan: "De spanning steeg helemaal ten top toen hij de eerste noten van mijn lievelingsnummer speelde, maar hij bleef maar gewoon aangekleed staan zingen. Komen wij daarvoor helemaal uit Wuustwezel naar de stadsjungle van Brussel, met het risico dat onze laatste trein terug naar huis geschrapt zal blijken? Ik dochtetnie!"
In februari krijgt Gotye toch nog een herkansing, zo vertrouwt de Middelkerkse Kimberley ons toe: "Maar als hij dan niet alles uittrekt, doen WIJ het wel, hoor. Dat is belooft -of is dat met een d, schatteke, zeg Kevin, help mij ne keer...-"
Als troost toch nog eens de mooie clip :


Trick or meat


Ik heb niet echt iets met Halloween, dat ik -behalve een puur Amerikaans feest- vooral een uitvinding van de middenstand vind om de periode tussen "terug naar school" en de Sint te overbruggen. Ook platenlabels pikken graag een graantje mee door het uitbrengen van gelegenheidscompilaties. Soms zit daar wel iets aardigs tussen.
Zo bracht
Halloween hootenanny, de verzamelaar die Geffen Records in 1998 uitbracht, het leuke Halloween (She gets so mean) dat Rob Zombie zong met The Ghastly Ones, en dat je kan vinden op de Halloween Mix die ik samenstelde op 8tracks. Dit jaar brengt Century Media Trick or meat uit, een compilatie die in ruil voor je mailadres en wat reclame op Twitter of Facebook, gratis in je mailbox terecht komt en 38 metalnummers bevat. Slechts enkele (mij) bekende namen staan ertussen, zoals Lacuna Coil, Sick Of It All en Paradise Lost.

Enkele interessante nummers zijn het instrumentale
Into the black wide open (mp3) van Long Distance Calling, City of the dead (mp3) van Arch Enemy, Hunting pirates (mp3) van Turisas, Under bergers rot (mp3) van Finntroll en Clobberin time (mp3) van Sick Of It All (met KRS-ONE).

Je kan de compilatie
hier downloaden.